SSRI’s bij vroegtijdige zaadlozing verbeteren seksleven

Vroegtijdige zaadlozing komt, afhankelijk van de definitie, voor bij 3 tot 20% van de mannen en geeft diverse klachten. Het advies in de NHG-Standaard Seksuele klachten om paroxetine of sertraline voor te schrijven is gebaseerd op een meta-analyse uit 2004. Inmiddels is er een nieuwe meta-analyse verschenen met in totaal 31 RCT’s en 8254 deelnemers. De auteurs bekeken hierin het effect van medicatie op vroegtijdige ejaculatie: paroxetine (8 onderzoeken), fluoxetine (7 onderzoeken), sertraline (7 onderzoeken), dapoxetine (7 onderzoeken) of andere middelen (7 onderzoeken).

Gebruikers van SSRI’s ervaren een subjectieve verbetering van de vroegtijdige zaadlozing (‘beter’ of ‘veel beter’) ten opzichte van placebo (risicoratio (RR) 1,92; 95%-BI 1,66 tot 2,23). In vergelijking met placebo zorgen langwerkende SSRI’s voor meer verbetering (RR 8,48; 95%-BI 2,21 tot 32,51) dan kortwerkende SSRI’s on demand (RR 1,87; 95%-BI 1,66 tot 2,10). Daarnaast geeft gebruik van SSRI’s meer tevredenheid over de seks (aantal deelnemers die ‘goed’ of ‘heel goed’ rapporteerden; RR 1,63; 95%-BI 1,42 tot 1,87) en betere controle over de zaadlozing (RR 2,29; 95%-BI 1,72 tot 3,05).

SSRI’s verlengen de IELT met 3,09 minuten (95%-BI 1,94 tot 4,25). Langwerkende SSRI’s doen dat beter dan kortwerkende SSRI’s (3,36 versus 1,52 minuten; p = 0,04). Wel zorgen SSRI’s voor bijwerkingen zoals vermoeidheid, gewichtstoename en verminderd libido (RR 1,71; 95%-BI 1,48 tot 1,99), waardoor in de SSRI-groep meer deelnemers stopten met de behandeling (30 versus 11 per 1000). 

Deze nieuwe meta-analyse onderschrijft het off-label voorschrijven van SSRI’s bij mannen met vroegtijdige zaadlozing, als uitleg en adviezen onvoldoende werken. Mannen ervaren niet alleen een langere tijd tot ejaculatie, maar ook meer tevredenheid over de seks.