Voedingssupplementen op de korrel

Was het niet tweevoudig Nobelprijswinnaar Linus Pauling die zijn naam verbond aan de orthomoleculaire geneeskunde, een geneeswijze die gebruikmaakt van het veelvuldig en in hoge dosering adviseren van zogenaamde voedingssupplementen? Men zou er zelfs veroudering mee kunnen voorkomen. Vooral de zogenaamde antioxidantia spelen daarbij een voorname rol. Wat we al vermoedden, werd recentelijk definitief bevestigd: er deugt geen klap van. In een uitgebreid systematisch literatuuronderzoek werden de uitkomsten beschreven van gerandomiseerde onderzoeken naar de effecten van suppletie, bij het normale dieet, van bètacaroteen, vitamine A, vitamine C, vitamine E en selenium alsmede combinaties daarvan op sterfte. Van enig gunstig effect van extra inneming van deze stoffen blijkt geen sprake. Integendeel: de onderzoekers berekenen zelfs een geringe toename van de kans op sterfte bij gebruik van bètacaroteen, vitamine A en vitamine E. De auteurs achten nader onderzoek noodzakelijk naar de effecten van selenium en vitamine C. Een noemenswaardig gunstig effect van deze middelen hoeven we echter evenmin te verwachten. Het relatieve risico dat op basis van de voorhanden studies berekend wordt, ligt ook voor deze middelen zeer dicht bij de 1. Al met al is er weinig reden gezondheidsclaims die de verkoop van vitaminepreparaten moeten bevorderen nog langer serieus te nemen. Eet gewoon gezond en verspil niet langer geld aan nutteloze supplementen! (TW)