Behandeling alopecia areata is meestal weinig effectief

Alopecia areata, plotselinge en pleksgewijze haaruitval, komt voor bij ongeveer 1 op de 1000 Nederlanders. Bij circa de helft van de mensen treedt spontaan herstel op. De NHG-Behandelrichtlijn Alopecia beveelt medicamenteuze behandeling niet aan, omdat deze geen effect heeft. Desondanks worden er verschillende geneesmiddelen ingezet bij alopcia areata. Spaanse onderzoekers verrichtten een cochranereview om de effectiviteit hiervan te bepalen.

Uitkomsten

De belangrijkste uitkomstmaten waren ≥ 75% teruggroei van het haar binnen 26 weken na start van de behandeling en ernstige bijwerkingen. De auteurs includeerden 14 onderzoeken in de meta-analyse.  

Voor vrijwel alle geneesmiddelen (onder andere orale en intralesionele corticosteroïden, cyclosporine) was er geen bewijs voor een positief effect op de belangrijkste uitkomstmaat (> 75% teruggroei van het haar). Er was wel enig positief effect van topicale minoxidil  (RR 2,31; 95%-BI 1,34 tot 3,96; zeer lage kwaliteit bewijs. Daarnaast bleek baricitinib evident effectief ten opzichte van placebo bij patiënten met langdurige, ernstige alopecia areata (RR 7,54; 95%-BI 3,90 tot 14,58; hoge kwaliteit bewijs). De kans op ≥ 75% teruggroei van het haar met placebo was 2,6% en met baricitinib 19% (NNT circa 6). Ernstige bijwerkingen kwamen niet significant vaker voor bij baricitinib dan bij placebo(lage kwaliteit van bewijs).

Aanbevelingen 

De onderzoekspopulatie had chronische en ernstige alopecia areata, waardoor je de resultaten niet kunt generaliseren naar de populatie in de huisartsenpraktijk. De kosten van baricitinib zijn hoog en worden momenteel niet vergoed. Al met al blijft het advies van de NHG-Behandelrichtlijn van kracht om in eerste instantie af te wachten. Bij hoge lijdensdruk (bijvoorbeeld bij ernstige, progressieve kaalheid) kan de huisarts een verwijzing naar de dermatoloog overwegen.