Nieuws

Intensivering nascholing leidt tot betere spirometrie

Gepubliceerd
30 maart 2015
Medio 2013 rapporteerden wij in H&W de resultaten van een onderzoek naar het effect van twee varianten van spirometrienascholing op de kwaliteit van spirometrietests in huisartsenpraktijken.1 In praktijken die de CASPIR-cursus hadden gevolgd, zagen we na de cursus gemiddeld 12% meer goed uitgevoerde spirometrietests, en het aantal praktijken dat de prestatienorm haalde (dat wil zeggen een gelijkwaardig niveau als een huisartsenlaboratorium) verdrievoudigde.2 Na de, aanzienlijk minder intensieve, spirometriescholing van de zorggroep Cohesie in Venlo en omstreken bleef het percentage goed uitgevoerde tests daar hetzelfde, en veranderde het aantal praktijken dat de prestatienorm haalde niet.
Deze bevindingen kwamen overeen met de verwachtingen van de zorggroep Cohesie, waarop de spirometrienascholing in deze regio werd geïntensiveerd. De oorspronkelijke scholingssessie werd onderdeel van een ‘Opleidingsplan spirometrie’ voor praktijkondersteuners en -assistenten. Daarbij werden aan de aanvankelijk eenmalige scholingssessie in kleine groepjes (3 tot 5 deelnemers) ook een kennistoets, een praktijkvisitatie, het aanleggen van een portfolio en aanvullende verdiepingsbijeenkomsten toegevoegd. In de scholing ‘nieuwe stijl’ werd voor de praktijkondersteuners de interpretatie van spirometrietests opgenomen. Verder is binnen het zorgprogramma COPD afgesproken dat praktijkondersteuners en -assistenten eenmaal per jaar een scholingssessie volgen en dat alléén degenen die deze sessie hebben gevolgd de spirometrie verrichten.
Om te kijken of de aanvullende scholingsinspanningen het gewenste effect zouden sorteren, trokken wij op exact dezelfde wijze als in het oorspronkelijke onderzoek steekproeven van gelijke omvang uit dezelfde 14 Cohesie-praktijken (minus één praktijk die geen medewerking meer verleende) en lieten deze op identieke wijze beoordelen door dezelfde longfunctieanalisten.1 De resultaten daarvan laten zien dat na de geïntensiveerde scholing in vrijwel alle praktijken de kwaliteit van de spirometrie aanzienlijk verbeterde [figuur]. Waar de aanvankelijke scholing géén effect had op de testkwaliteit, was dat na de geïntensiveerde scholing wel het geval: het gemiddelde percentage adequate tests steeg van 43% naar 65% (p &lt 0,0001 in een multilevel, logistisch regressiemodel), het aantal praktijken dat de prestatienorm haalde steeg van 1 (8%) naar 10 (77%).
Uit dit vervolgonderzoek concluderen wij dat, na uitblijven van effect door de initiële (minimale) spirometrienascholing bij de zorggroep Cohesie, de intensivering van de nascholing zeer waarschijnlijk een positieve invloed heeft gehad op de kwaliteit van de spirometrietests zoals die in de aangesloten huisartsenpraktijken worden uitgevoerd.
Petra Verhoeckx, coördinator Zorgprogramma COPD; Cleo Pluk, huisarts en kaderarts astma/COPD in opleiding; Joke Grootens-Stekelenburg, onderzoeksmedewerker; Tjard Schermer, senior onderzoeker

Literatuur

  • 1.Schermer TR, Grootens-Stekelenburg J, Rauws J, Denis J, Heijdra Y, De Jongh F, et al. Wordt spirometrie beter door nascholing? Huisarts Wet 2013;56:376-83.
  • 2.Landman M, Gilissen Th, Grootens-Stekelenburg J, Akkermans R, Schermer T. Kwaliteit van spirometrie in de eerste lijn. Huisarts Wet 2011;54:536-42.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen