Nieuws

Aanpak van medicatieovergebruikshoofdpijn

Gepubliceerd
4 februari 2015

Inleiding

Medicatieovergebruikshoofdpijn (MOH) komt door overgebruik van pijnstillers, NSAID’s en triptanen. Gebruik op meer dan 15 dagen per maand (10 dagen voor triptanen) gedurende langere tijd kan dagelijks hoofdpijn veroorzaken. Patiënten zijn vaak moeilijk te bewegen deze hoofdpijnoorzaak aan te pakken. In een Noors onderzoek van Kristoffersen et al. werd een korte interventie aangeboden met als doel het stoppen van overgebruik.1

Onderzoek

Design Via een vragenlijst, gestuurd naar alle patiënten tussen de 18-50 jaar, werden MOH-patiënten opgespoord, uitgenodigd (n = 104) en gerandomiseerd (n = 75). In een geblindeerd en gerandomiseerd onderzoek werd het effect onderzocht van een training met als doel overgebruikers te laten stoppen met dat overgebruik. De interventie vond plaats in één consult. Als eerste stap werden vijf relevante vragen gesteld aan de patiënten in de interventiegroep:
  • Denkt u dat u het gebruik van hoofdpijnmedicatie niet meer onder controle heeft?
  • Maakt het vooruitzicht een dosis van de medicatie te missen u angstig of bezorgd?
  • Maakt u zich zorgen over het gebruik van uw hoofdpijnmedicatie?
  • Wilt u ermee stoppen?
  • Hoe moeilijk zou u het vinden om te stoppen?

Vervolgens kreeg de interventiegroep voorlichting over MOH, ongeveer conform www.thuisarts.nl. De huisarts besprak de noodzaak tot stoppen, de voordelen die dat zou opleveren en welke problemen de patiënt kon verwachten (zoals rebound headache in de eerste paar weken).
Er werd aangestuurd op stoppen of verminderen van overgebruik. Ook vroeg de huisarts op welke wijze hij de patiënt daarbij kon helpen en er werd een individueel stopplan opgesteld. De huisartsen die de interventie uitvoerden, waren geschoold in MOH en het bespreken van een stopplan.
Resultaten Er waren twee primaire uitkomsten, gemeten na drie maanden. Als eerste werd de toename van het aantal hoofdpijnvrije dagen per maand gemeten. De tweede primaire uitkomst was het verminderen van het aantal hoofdpijndagen.
Conclusie van de auteurs Voor pijnstillers was de winst per maand 10, voor triptanen 8 en voor combinatiepijnstillers (zoals paracod) was dit 14 hoofdpijndagen. Dagelijks hoofdpijn verdween bij 50% van de patiënten uit de interventiegroep en bij 6% uit de controlegroep. De resultaten na drie maanden waren groot op het eindpunt ‘vermindering van hoofdpijndagen’ met een daling in de interventiegroep van 25 naar 17 dagen. Daarbij bleef de controlegroep op 25 hoofdpijndagen staan.
Het eindpunt ‘afbouwen van overgebruik’ daalde van gebruik op 24 dagen naar 13 dagen in de interventiegroep en bleef op 22 dagen medicatiegebruik staan in de controlegroep. Het aantal patiënten dat aan criteria van medicatieovergebruik voldeed, daalde na drie maanden met 64%.

Interpretatie

Deze in één consult door huisartsen uit te voeren interventie is zonder twijfel effectief in de huisartsenpraktijk en is qua omvang en kosten klein. Een kenmerk van dit onderzoek is dat patiënten met MOH deze interventie ongevraagd en ongemotiveerd kregen aangeboden. De deelnemers kwamen niet met een hulpvraag bij de huisarts, maar werden actief benaderd. Van de ontdekte MOH-patiënten stemde 72% in met deelname aan dit onderzoek.
Afgaand op de beschrijving van de interventie, moet een dergelijke interventie voor de Nederlandse huisarts goed te doen zijn.2 Voor huisartsen viel het daarbij op dat het stellen van de diagnose MOH bij patiënten veel helderheid verschafte, maar ook schuldgevoel opriep. Soms is het stellen van de diagnose, in dit geval het benoemen van het probleem, al voldoende om patiënten tot stoppen te bewegen.
Er is wel een probleem in de normale praktijk: huisartsen kennen overgebruikers en patiënten met MOH niet. Overgebruik vindt veelal plaats buiten het gezichtsveld van de huisarts omdat de meestgebruikte pijnstillers zonder recept verkrijgbaar zijn, behalve triptanen.
Interventies bij MOH in hoofdpijnklinieken halen soms een hoger stoppercentage. Bij verwijzing naar de tweede lijn is vaak meer motivatie aanwezig. Hoe gecompliceerder het overgebruik, hoe moeilijker ook het stoppen in de tweede lijn is. De tweede lijn blijft een voor deze taak toegeruste verwijsoptie voor patiënten met langdurig niet te beïnvloeden hoofdpijn.
Dit onderzoek toont aan dat het in de eerste lijn met geringe inspanning goed mogelijk is patiënten af te krijgen van medicatieovergebruik, wat leidt tot forse vermindering van hoofdpijndagen. Een interventie die de moeite meer dan waard is.

Literatuur

  • 1.Kristoffersen ES, Straand J, Vetvik KG, Benth JS, Russell MB, Lundqvist C. Brief intervention for medication-overuse headache in primary care. The BIMOH study: a double-blind pragmatic cluster randomised parallel controlled trial. J Neurol Neurosurg Psychiatrie 2014 10.1136/jnnp-2014-308548 [doi].
  • 2.Frich JC, Kristoffersen ES, Lundqvist C. GPs’ experiences with brief intervention for medication-overuse headache: a qualitative study in general practice. Br J Gen Pract 2014;64:e525-31.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen