Nieuws

Antibiotica voor mannen met cystitis

De NHG-Standaard Urineweginfectie uit 2005 adviseerde om niet alleen vrouwen, maar ook mannen met een cystitis te behandelen met nitrofurantoïne. Verwekkers en resistentiepatronen verschillen immers nauwelijks tussen beide geslachten. De indruk bestond echter dat dit advies weinig wordt gevolgd. Wellicht omdat urologen menen dat bij mannen een cystitis vrijwel altijd gepaard gaat met een prostatitis en nitrofurantoïne onvoldoende weefselpenetratie heeft om deze infectie te bestrijden. Dit was de aanleiding om bij de herziening van de standaard te kijken welke antibiotica aan mannen met een cystitis worden voorgeschreven en of deze effectief zijn.

Methode

Uit de LINH-database selecteerden we alle episodes met ICPC-code U71 (cystitis) bij patiënten van 13 jaar of ouder over de jaren 2006-2011. Vervolgens bepaalden we per kalenderjaar de voorgeschreven antibiotica, zowel voor mannen als voor vrouwen. Bij mannen beschouwden we een cystitis die optrad langer dan 60 dagen na een vorige als een nieuwe episode. Wanneer een cystitis binnen de termijn van 60 dagen optrad, gingen we ervan uit dat deze persisteerde en het eerste antibioticum onvoldoende werkzaam was geweest. Voor vrouwen legden we de grens bij 30 dagen, omdat bij hen een kortere antibioticakuur wordt voorgeschreven.

Resultaten

In de onderzochte jaren vonden we 7276 episodes van cystitis bij mannen[tabel 1]. Bij gemiddeld 30% daarvan schreef de huisarts in eerste instantie nitrofurantoïne voor; amoxicilline-clavulaanzuur nam de tweede plaats in (23%). Het percentage voorschriften van het eerstekeusmiddel nitrofurantoïne lijkt van 2006 tot 2011 te stijgen. Dit geldt overigens ook voor amoxicilline-clavulaanzuur, terwijl de aantallen prescripties van andere antibiotica afnemen. Door beperkingen van de database was het onmogelijk om factoren te onderzoeken die het voorschrijfgedrag van huisartsen mogelijk hadden beïnvloed. Bij vrouwen met een cystitis werd vaker gestart met nitrofurantoïne (50.764 van de 72.911 episodes, 70%; niet in tabel).
[Tabel 2] laat zien hoe vaak bij een episode urineweginfectie waar werd gestart met een kuur nitrofurantoïne een tweede voorschrift nodig bleek: bij mannen 27% en bij vrouwen 14%. Wanneer bij mannen werd gestart met een kuur amoxicilline-clavulaanzuur bleek bij 29% een tweede antibioticakuur nodig.
Tabel1Alle eerste antibioticavoorschriften voor ICPC-code U 71 bij mannen (n = 7276)
2006 n (%)2007 n (%)2008 n (%)2009 n (%)2010 n (%)2011 n (%)
Nitrofurantoïne290 (26)355 (29)349 (28)392 (30)405 (32)380 (34)
Amoxicilline-clavulaanzuur188 (17)249 (20)290 (24)328 (25)341 (27)279 (25)
Ciprofloxacine221 (20)202 (16)192 (16)182 (14)195 (15)162 (14)
Cotrimoxazol159 (14)139 (11)128 (10)130 (10)121 (9)126 (11)
Norfloxacine 77 (7) 99 (8) 96 (8) 80 (6) 66 (5) 48 (4)
Trimethoprim 80 (7) 96 (8) 76 (6) 69 (5) 68 (5) 45 (4)
Amoxicilline 33 (3) 40 (3) 32 (3) 29 (2) 25 (2) 22 (2)
Anders 68 (6) 63 (5) 62 (5) 78 (6) 65 (5) 56 (5)
Tabel2Aantal en soort van tweede voorschriften na nitrofurantoïne (mannen en vrouwen) en amoxicilline-clavulaanzuur (mannen)
Eerste voorschriftNitrofurantoïnebij mannen n = 2171Amoxicilline-clavulaanzuurbij mannen n = 1675Nitrofurantoïnebij vrouwen n = 50.764
Tweede voorschrift 595 (27%) 482 (29%) 7060 (14%)
  • amoxicilline-clavulaanzuur
130133 733
  • nitrofurantoïne
129 801622
  • ciprofloxacine
83113 438
  • trimethoprim
84 182574
  • cotrimoxazol
49 59 247
  • norfloxacine
50 48 695
  • amoxicilline
32 4 322
  • overig
38 27 429

Conclusie

Huisartsen volgen de aanbeveling van het eerstekeusmiddel nitrofurantoïne bij mannen minder goed dan bij vrouwen. Daarnaast lijken nitrofurantoïne en amoxicilline-clavulaanzuur even effectief te zijn bij een cystitis bij mannen.
Hoewel fouten bij het toekennen van de ICPC-code door de huisarts niet zijn uitgesloten en dit een mogelijke vertekening zou kunnen geven, heeft de werkgroep Urineweginfecties mede op basis van deze analyses besloten om vast te houden aan nitrofurantoïne als eerste keus, ook bij mannen met cystitis. Een prospectief cohort- of gecontroleerd interventieonderzoek is nodig om deze aanbeveling verder te onderbouwen.

Colofon

De hier beschreven analyses zijn uitgevoerd met gegevens uit het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH). LINH maakt gebruik van gegevens uit de elektronische medisch dossiers van ongeveer 100 deelnemende huisartsen. De praktijken binnen dit netwerk zijn representatief voor Nederland wat betreft patiëntenpopulatie, huisartsen- en praktijkkenmerken en geografische spreiding. LINH verzamelt op continue basis gegevens over aandoeningen (ICPC-gecodeerde diagnose), zorggebruik, geneesmiddelvoorschriften en verwijzingen (zie ook www.linh.nl).

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen