Nieuws

Bloed in eigen hand

Gepubliceerd
8 maart 2012
Orale anticoagulantiegebruikers die zelf hun INR controleren hebben een significant verlaagde kans op tromboembolische complicaties. Uit een recente meta-analyse in The Lancet blijkt tevens dat jongere patiënten en patiënten met een kunstklep het meest profijt hebben van zelf INR prikken.
Het aantal patiënten met een indicatie voor het gebruik van orale vitamine K-antagonisten neemt toe. Traditioneel worden deze patiënten door de trombosedienst begeleid om hun INR binnen de therapeutische range te houden. Door de ontwikkeling van accurate sneltestapparatuur is thuismeting echter ook al enkele jaren mogelijk. Nederlandse trombosediensten en andere partijen bieden dit dan ook aan. Maar levert dit gezondheidswinst op? En is het wel veilig?
Een internationaal consortium geleid door onderzoekers uit Oxford verrichtten een meta-analyse op de individuele patiëntengegevens van elf gerandomiseerde trials waarin INR-zelfmonitoring werd vergeleken met normale zorg door de trombosedienst. De interventie betrof zelftests thuis (en eventuele aanpassing van de dosering door de trombosedienst via telefoon of internet) of zelfmanagement (zelf testen én zelf de doses aanpassen aan de hand van een schema). In alle gevallen konden patiënten als achterwacht een arts raadplegen. De onderzoekers gebruikten gegevens van 6417 patiënten, goed voor bijna 13.000 follow-upjaren. Deze gegevens representeren 84% van alle trialdata wereldwijd op dit gebied. De uitkomst is opvallend: INR zelftests loont! Het onderzoek toont significant minder tromboembolische events in de zelftestgroep (HR 0,51; 95%-BI 0,31-0,85) en tevens een trend naar minder bloedingen (HR 0,88; 95%-BI 0,74-1,06) en sterfte (HR 0,82; 95%-BI 0,62-1,09).
Patiënten met een mechanische hartklep en patiënten jonger dan 55 jaar hadden het meest profijt van INR zelf testen. Zo dienen slechts 21 patiënten uit deze laatste groep 1 jaar lang thuis INR-metingen te verrichten om 1 tromboembolisch event te voorkomen (NNT 21). Het zijn echter niet enkel de jongere patiënten die profiteren, want ook bij patiënten van 85 jaar en ouder werd geen verhoogd risico op complicaties (zoals bloedingen) gevonden. Bij deze ouderen vond men een significant lagere sterfte in de interventiegroep, maar daarbij moet worden aangetekend dat deze groep maar klein was. Dat is meteen het grootste struikelblok voor INR-zelfmonitoring: niet iedereen zal het kunnen of willen uitvoeren. In de verschillende onderzoeken kon gemiddeld 50% van de gebruikers worden ingesloten.
Voor het gros van de patiënten lijkt het echter een mooi alternatief voor de reguliere checks door de trombosedienst. Solide bewijs voor het grootschalig gebruik van de nieuwe directe trombineremmers in de eerste lijn laat nog wel even op zich wachten. Tot die tijd lijkt het raadzaam om te zorgen dat patiënten met een indicatie voor orale anticoagulantia hun bloed (en INR-meting) in eigen hand krijgen. (Jochen Cals)

Literatuur

  • 1.Heneghan C, et al. Self-monitoring of oral anticoagulation: systematic review and meta-analysis of individual patient data. Lancet, Early Online Publication, 1 December 2011, doi:10.1016/S0140-6736(11)61294-4.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen