Terecht stellen Drost et al. dat e-health-interventies een integraal onderdeel moeten vormen van de behandeling in de eerste lijn.1 Hun constatering dat deze programma’s niet bestaan is echter onjuist.
De laatste jaren wordt in Nederland en in het buitenland ervaring opgedaan met e-health in de eerstelijnsgezondheidszorg. Dit betreft zowel programma’s voor mentale zorg en chronische somatische aandoeningen, zoals diabetes,2 als ook programma’s die zijn gericht op gezond leven.3 Een recente publicatie maakt inzichtelijk wat de succesfactoren zijn voor een integrale e-health-aanpak.4
Eerstelijns Zorggroep PoZoB, de Universiteit Twente en zorginnovatiebedrijf Medicinfo doen sinds 2012 onderzoek naar de werking van Mijn GezondheidsPlatform. Dit is een integraal online programma, gericht op het ondersteunen van zelfzorg voor patiënten met een chronische aandoening in samenwerking met hun huisarts en praktijkondersteuner. Het platform bevat een persoonlijk gezondheidsdossier en een zorgplan, en is gekoppeld aan het Keten Informatie Systeem (KIS). Via het platform worden – onder meer – online coaches aangeboden, waarin praktijkondersteuner of huisarts patiënten kunnen begeleiden om gezonder te eten, meer te bewegen of te stoppen met roken. Begin 2014 wordt het platform ook ingezet voor ggz-patiënten, inclusief een internetprogramma voor de behandeling van depressies, onder begeleiding van de POH-ggz.
De resultaten van het eerste jaar van dit (promotie)onderzoek werden onlangs gepresenteerd5 en zullen uiteraard ook in wetenschappelijke publicaties worden vastgelegd. Uit interviews en gebruikerstests, uitgevoerd in het kader van dit en eerder onderzoek, blijkt dat patiënten en zorgverleners de meerwaarde van het vaststellen van doelen en het inzichtelijk maken van voortgang door middel van feedback en grafische weergave waarderen. Het platform kan een belangrijke rol spelen bij de consultvoorbereiding. Vervolgonderzoek is gericht op de vraag hoe de inzet van een dergelijke platform leidt tot betere uitkomsten op het gebied van gezondheid, kwaliteit van leven en beheersing van zorgkosten.
Jolanda Menting, projectmanager, J-P Kleijne, huisarts, Marjoleine Albarda, praktijkondersteuner, Lisette van Gemert, PoZoB en universitair hoofddocent, Saskia Akkersdijk, onderzoeker Universiteit Twente, Bart Brandenburg, arts, Medicinfo.
Literatuur
- 1.↲Drost H, Sprij B, Kool L, Hoevenaars A. E-health-interventie in de eerste lijn, Huisarts Wet 2013;56:666.
- 2.↲Nijland N, Van Gemert-Pijnen JE, Kelders SM, Brandenburg BJ, Seydel ER. Factors influencing the use of a Web-based application for supporting the self-care of patients with type 2 diabetes: a longitudinal study. J Med Internet Res 2011;13:e71.
- 3.↲Ter Horst L. Evaluation of the implementation of an online Quit Smoking Coach in primary care [Master thesis, 2011]. http://essay.utwente.nl/63164/1/Ter_Horst,_L.E._Master_thesis_Quit_Smoking_Coach_110305def.pdf.
- 4.↲Van Gemert-Pijnen JE, Peters O, Ossebaard HC. Improving eHealth. Den Haag: Boom Lemma, 2013.
- 5.↲Van Gemert-Pijnen JE, Brandenburg BJ. E-portal for self-management; critical factors for implementation [abstract, 2013]. http://www.medicine20congress.com/ocs/index.php/med/med2013/paper/view/1712.
Reacties
Er zijn nog geen reacties.