Nieuws

Geschiedenis van de psychiater

Door
Gepubliceerd
10 juli 2005

Op elke vijf huisartsen loopt er tegenwoordig één psychiater rond. De pioniers van de psychiatrie waren in de negentiende eeuw niet zo vreselijk anders dan onze bevlogen huisartsen in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Ze wilden hun vak op de kaart zetten. Daarvoor was wetenschappelijk onderzoek naar de oorzaken van psychiatrische stoornissen nodig. De zeventig psychiaters die er destijds waren, werkten vrijwel allemaal in krankzinnigengestichten. De tweeduizend huidige psychiaters kom je ongeveer overal tegen. Het therapeutische arsenaal van de psychiaters is in de twintigste eeuw wel fors toegenomen, maar met de diagnostiek is het volgens de auteurs van dit boek nog steeds droevig gesteld. Psychiatrie is – net als de huisartsgeneeskunde – wel stevig verankerd in de medische wetenschap maar het gesprek met de patiënt blijft de hoeksteen van de diagnostiek en daarmee blijft er ondanks de DSM-IV een grote mate van subjectiviteit en onduidelijkheid over diagnosen. Die subjectieve expertise staat onder druk. Ook in de psychiatrie ligt de nadruk immers op het objectiveerbare en dat botst volgens veel psychiaters met het wezen van hun vak. Het boek is ook voor huisartsen interessant omdat er ondanks alle verschillen ook veel parallellen zijn met de geschiedenis van de huisartsgeneeskunde. Het NHG bestaat volgend jaar vijftig jaar. Dat lijkt me een mooie aanleiding voor een vergelijkbaar boek over de geschiedenis van de huisarts.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen