Nieuws

Helpt extra sporten bij depressie?

Gepubliceerd
5 februari 2014

Inleiding

Depressie is een veelvoorkomende chronische ziekte in de westerse wereld, ook in Nederland. Voorlichting en dagstructurering zijn de eerste stappen in de behandeling. Bij ernstiger vormen is medicatie, al dan niet in combinatie met psychotherapie, een goede behandelingsoptie. Bijwerkingen van medicijnen of het niet verdragen van medicatie leidt tot behoefte aan alternatieve behandelingen. Een van de opties is bewegen op recept. De onderliggende theorie is als volgt: door motorische remming ontstaat inactiviteit, inactiviteit leidt tot verlies aan energie en een verder dalen van de stemming. Op deze manier ontstaat er een negatieve spiraal. Omkering van dit proces door activering lijkt vaak tot verbetering van het algemeen welbevinden te leiden. Hoewel bewegen op recept veel wordt toegepast, staat het resultaat van deze behandeling niet onomstotelijk vast.

Onderzoek

Design In verschillende Engelse huisartsenpraktijken werd bij patiënten met een depressie via een RCT onderzocht of extra fysieke inspanning effect heeft op de depressie.1 De onderzoekers includeerden patiënten tussen de 18 en 69 jaar die een (nieuwe) periode van depressie doormaakten. Na diagnose door de huisarts kregen zij ofwel de standaardbehandeling en advies tot lichamelijke inspanning (controlegroep), ofwel dezelfde behandeling en daarnaast een op maat gesneden advies en ondersteuning bij fysieke inspanning (interventiegroep). Speciaal hiervoor opgeleide coaches gaven zowel telefonisch als via direct contact ondersteuning en advies op maat. Het doel was dat de interventiegroep een inspanningsduur zou behalen van 150 minuten per week bij gemiddelde tot zware inspanning (minimaal 10 minuten per keer). Bij 0, 4, 8 en 12 maanden vulden de deelnemers de Becks-Depressievragenlijst (BDI) in (21 vragen, maximale score 63 punten). Voorwaarde voor deelname aan het onderzoek was een BDI-score van 14 punten (milde depressie) of meer.
Uitkomstmaten Primair: BDI-score op 4 maanden. Secundair: antidepressivagebruik en fysieke inspanning bij 4, 8 en 12 maanden en symptomen van depressie bij 8 en 12 maanden.
Methode De data van de primaire uitkomstmaat werden geanalyseerd met lineaire regressieanalyse voor de continue uitkomsten als gemiddelde gecorrigeerde verschillen tussen controle- en interventiegroep. Daarnaast zijn de data ook in binaire vorm geanalyseerd met een logistisch regressiemodel en weergegeven als gecorrigeerde oddsratio.
Resultaten Er waren 361 deelnemers. Na 4 maanden was er een klein, maar niet significant, verschil tussen de BDI-score van de interventiegroep en de controlegroep: -0,54 (95%-BI -3,06 tot 1,99; p = 0,68). De gemiddelde BDI-score in de interventiegroep bedroeg 16,12 (SD 11,34) en in de controlegroep 16,87 (SD 12,63). De deelnemers uit de interventiegroep waren wel significant fysiek actiever tijdens de duur van het onderzoek dan de controlegroep. Ook op de secundaire uitkomstmaten werd geen significant verschil gevonden in antidepressivagebruik tussen beide groepen na 4, 8 en 12 maanden.
Conclusie van de auteurs Extra fysieke activiteit boven de gebruikelijke zorg bij depressie geeft geen vermindering van depressieve klachten en leidt ook niet tot verminderd gebruik van antidepressiva. Er is dus geen bewezen meerwaarde van extra lichamelijke inspanning als behandeling van depressie.

Interpretatie

De uitkomsten van deze grote gerandomiseerde trial in de eerste lijn zijn opmerkelijk en druisen in tegen de heersende opvatting. Bewegen op recept heeft inmiddels een plaats verworven in de huisartsenpraktijk en zowel de Nederlandse NHG-Standaard Depressie als de Britse NICE Guidelines hebben de aanbeveling opgenomen.
In dit onderzoek is wel verbetering in beide groepen ten opzichte van de nulmeting maar niet tussen de groepen onderling. Bij de nulmeting deden alle deelnemers al minimaal eenmaal per week aan sport (interventiegroep 96%, controlegroep 85%). Iets minder dan de helft (respectievelijk 45% en 48%) sportte zelfs behoorlijk intensief. Nog meer inspannen lijkt dan niet tot een vermindering van depressieklachten te leiden. Bij mensen die weinig bewegen is het mogelijk wel effectief. In de beschrijving van het onderzoek is de invulling van individuele coaching in de praktijk onduidelijk: die was geheel naar eigen inzicht op basis van een korte opleiding en een draaiboek. Blindering van het onderzoek was vanwege de organisatie niet mogelijk, zodat de kans op invullen van wenselijke antwoorden op de vragenlijst bestaat.
De uitkomsten van dit onderzoek zijn nog niet opgenomen in de laatste Cochrane-herziening.2 De conclusie van de Cochrane-review (op basis van 25 trials), namelijk het positieve effect van fysieke inspanning op depressieve klachten, lijkt vooralsnog nog steeds gerechtvaardigd.

Literatuur

  • 1.Chalder M, Wiles NJ, Campbell J, Holinghurst SP, Haasse AM, Taylor AH, et al. Facilitated physical activity as a treatment for depressed adults: a randomised controlled trial. BMJ 2012;344:e2758.
  • 2.Rimer J, Dwan K, Lawlor DA, Greig CA, McMurdo M, Morley W, et al. Exercise for depression. Cochrane Database Syst Rev 2012, Issue 7. Art. No.: CD004366.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen