H&W-redacteur Jean Muris: ‘Vroeger wilde ik het liefst arts en agrariër tegelijkertijd zijn’

Passie

‘Vroeger wilde ik het liefst arts en agrariër tegelijkertijd zijn. Opgroeien op een gemengd boerenbedrijf heeft dit zeker bevorderd. Een agrariër en een arts hebben gemeen dat ze continuïteit van zorg willen leveren: de boer bekijkt de veestapel en het graan van tijd tot tijd (prospectief observationeel), de huisarts houdt contact met zijn patiëntenpopulatie. ­Andere passies: in mijn vrije tijd lees ik graag. Aanrader: Pieter Waterdrinker met zijn boek Poubelle. Sporten bestaat vooral uit fietsen naar het werk en deelname aan MOFIT (Mentale Ontspanning door Fysieke Inspanning). Tijdens vakanties zitten we graag in onze “vintage” Alpenkreuzer vouwwagen. Veelgehoord op de camping vorig jaar: “Kan ik jullie onze nieuwe vouwwagen aanbevelen, die van jullie zul je wel willen wegdoen”. Niet dus. Trekken kan je er niet zo goed mee, maar vakantie is ook improviseren, nietwaar?

Ik ben geneeskunde gaan studeren met een redelijk alfa­pakket: Grieks, Duits, Frans (en 3 jaar Latijn). Dat komt goed van pas bij het beoordelen van manuscripten voor H&W. Ik werk nog 1 dag per week met veel plezier in mijn oude praktijk, Huisarts­praktijk Geulle, en aan de universiteit Maastricht als voorzitter van de vakgroep Huisartsgeneeskunde. Tot 2017 was ik hoofd van de huisartsopleiding Maastricht. Ik probeer overal met droge humor het werkplezier te verhogen.’

Missie

‘Als redacteur is mijn missie om de praktiserend huisarts (in opleiding) uit te nodigen voor het indienen van een casuïstiek, CAT of implementatieproject. Als docent “bewijs gebaseerd medisch handelen” bij de huisartsopleiding probeer ik klinische expertise, voorkeuren van patiënten en wetenschappelijk bewijs aan elkaar te koppelen, zodat samen beslissen werkelijk ergens op is gebaseerd.’

Huisarts

‘Als huisarts werk ik het liefst in een dorpspraktijk op het platte­land. Ik heb in een kleine stad gewerkt, maar de kleinschaligheid en laagdrempeligheid en vooral het veel zelf doen op het platteland ligt me toch het beste. Opvallend is het ruimte­gebrek in onze praktijk door de exponentiële groei van het aantal medewerkers, zelfs bij 3000 ingeschreven patiënten.’

Wetenschap

‘Ik vervolgde mijn (1-jarige!) huisartsopleiding in Maastricht met het doen van een zogenaamd huisarts-onderzoekersjaar, met werkcolleges van kopstukken als Ferd Sturmans, Frans Huygen, en vele anderen. Deze constructie leidde later tot de zogenaamde aiotoconstructie (geen Japans automerk dus). In 1993 promoveerde ik op onderzoek naar niet-acute buikklachten. Vanuit mijn ­studententijd en vrijwilligerswerk bij therapeutische vakantiekampen voor kinderen met astma, bouwde ik mijn hobby aan astma/COPD/stoppen met roken uit. Nu ben ik bestuurslid van de CAHAG. Mijn aandachtsgebieden bevinden zich dus boven en onder het middenrif.’

Mooiste artikel

‘Ik ben momenteel betrokken bij 2 thema’s voor H&W. Samen met onder andere Jako Burgers en ­Susanne Claessen werk ik aan bijdragen in het kader van 65 jaar H&W (én NHG). Deze bijdragen vind je in vrijwel elk nummer dit jaar. Het themanummer Kind verschijnt eind dit jaar. Hierover brainstormen met de gastredactie en schrijvers benaderen geeft me veel inspiratie en nieuwe ideeën.’