NHG Forum

Interview met Rudy Liagre

Gepubliceerd
10 november 2001

Samenvatting

Geboren, getogen, gestudeerd en gepraktiseerd in Gent: tot dusver was Rodolphe (‘zeg maar Rudy’) Liagre nogal honkvast. Zijn beslissing om naar Nederland te verhuizen was dan ook opvallend impulsief. Na twintig jaar praktiseren (acht jaar in een solo- en twaalf jaar in een duopraktijk) reageerde hij op een advertentie van gezondheidscentrum Filmwijk in Almere en op 1 juli trad hij daar in dienst. Een – goedlachs – gesprek over zijn bevindingen tot dusver.

Wat heeft je tot die verhuizing bewogen?

‘Ik had het echt veel te druk en werkte op mijn tandvlees; zat tegen een burn-out aan. Toen ik die advertentie zag, had ik het idee dat ik het eens helemaal anders moest gaan aanpakken. Dus heb ik gereageerd, en voilá: het resultaat!’

Is het hier dan zoveel rustiger?

‘Ja, het werken gaat hier veel gestructureerder. In ons gezondheidscentrum is alles goed geregeld en de samenwerking is voortreffelijk. Deze werkplek blijkt echt een gelukstreffer. En het werken met een praktijkassistente maakt het ook veel gemakkelijker. In België ken ik niet één huisarts met een eigen assistente. Dat komt vooral doordat het “artsensyndicaat” in België samenwerkingsverbanden tegenhoudt. Die zijn maar “links” en een achteruitgang in prestige. In België werkte ik bijvoorbeeld in een witte jas en een vlinderstrikje. Daar was ik “meneer de dokter”. Hier draag ik een open boordje en noemen alle medewerkers me bij de voornaam. Dat is in België ondenkbaar.’

Zijn er dingen die je niet goed vindt in Nederland?

‘Ja, ik vind dat de drempel voor de patiënt te hoog ligt. Die moet in ons gezondheidscentrum soms dagen wachten voor de dokter tijd heeft. En het mag dan wel medisch verantwoord zijn om iemand met hoofdpijn te laten wachten, het is voor die patiënt wel een kwelling! Mensen klagen daarover, en dat vind ik terecht. De hoogte van de drempel naar de tweede lijn is nog veel schrikbarender. De wachtlijst voor een oogarts is twee tot drie maanden! In België belde ik even naar een specialist en kon de patiënt bijna altijd nog dezelfde dag terecht. We hebben hier in het gezondheidscentrum zojuist een werkgroepje samengesteld om naar een compromis te zoeken. Een collega die juist vindt dat onze drempel veel te laag is, een assistente en ik gaan ons daar eens over buigen.’

En wat is juist wel goed in Nederland?

‘De wachtdienstregeling. Hier in Almere is een uitstekende dienstenstructuur. 's Morgens krijg ik een verslagje welke van mijn patiënten zijn behandeld in de dienst. Die communicatie verloopt veel beter dan in België. Verder wordt hier meer evidence-based gewerkt. Goed is dat de standaarden de huisarts houvast geven, zolang ze maar niet dwingend zijn. Maar daar moet ik wel aan wennen; ik schrijf bijvoorbeeld veel gemakkelijker antibiotica voor dan mijn collega's

En wat is beter in België?

‘Wij hebben een veel betere band met onze patiënten, omdat wij meer voor hen klaarstaan en zij dus tevredener zijn over wat de huisarts voor ze doet. Die patiëntenbrieven geef ik nu bijvoorbeeld heus wel mee, maar de patiënt heeft veel liever dat ik er even voor ga zitten en het zelf uitgebreid uitleg. In België zou ik dat dus ook gewoon doen.’

Hoe ziet je toekomst eruit? Altijd een Belg in Nederland?

‘Ja, ik ben wel van plan hier te blijven. Volgend jaar komt mijn vrouw waarschijnlijk hierheen, samen met mijn jongste zoon. De oudste twee kinderen zullen wel in België blijven en daar gaan studeren. Maar ik denk nu dat ik hier tot mijn 65 ste blijf en dan wel weer verder zie. Alleen als ze in België een betere structuur krijgen, ga ik misschien nog terug.’ (AS)

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen