Praktijk

Kennistoets: vragen

Gepubliceerd
4 mei 2016
Met ingang van het januarinummer van 2016 gaat de kennistoets niet meer over drie artikelen, maar over één artikel in H&W. Het artikel van de maand mei is: Kouznetsova OI, Van der Zee HH, Van der Meijden WI. Een invaliderende ontstekingsziekte van de huid. Huisarts Wet 2016;59(5):212-6.
De kennistoets is opgebouwd volgens de leerfasen van Kolb: concreet ervaren, overdenken, verbinden en toepassen.
1. Met welke omschrijving is de huidaandoening hidradenitis suppurativa (HS) het best te karakteriseren?
  • Het is een chronische infectieziekte van de huid.
  • Het is een chronische ontstekingsziekte van de huid.
  • Het is een vorm van chronische acne.
  • Het is een aandoening van de zweetklieren.

2. Welk van de volgende beweringen over hidradenitis suppurativa is correct?
  • HS is een huidaandoening die goed reageert op antibiotica.
  • HS is een huidaandoening die vooral optreedt in de vierde en vijfde leeftijdsdecade.
  • Bij HS treden recidieven binnen zes maanden op.
  • HS heeft als voorkeurslocatie de borst en de schouders.

3. De NHG-Standaard adviseert bij acute klachten van hidradenitis suppurativa om algemene hygiënische maatregelen te nemen, zoals het gebruik van een eigen handdoek en wassen met zeep. Wat zou de huisarts volgens de NHG-Standaard nog meer moeten doen bij acute klachten?
  • Een kweek afnemen.
  • Adviseren de aangedane plek af te spoelen met water.
  • Laboratoriumonderzoek.
  • Een antisepticum voorschrijven.

4. Het artikel van Kouznetsova adviseert om al bij milde klachten van hidradenitis suppurativa lokale antibiotica te geven. Wanneer zijn volgens de NHG-Standaard lokale antibiotica geïndiceerd bij HS?
  • Bij eerste presentatie (noduli).
  • Bij frequent recidiverende klachten.
  • In stadium 2 en 3 (abces, fistels en fibrose).
  • Nooit.

5. Resorcinol wordt voorgeschreven door dermatologen als lokale therapie bij milde tot matige hidradenitis suppurativa. HS is nog de enige huidaandoening waarbij resorcinol wordt voorgeschreven. Wat is de werking van dit medicament?
  • Het is een antisepticum.
  • Het is een immuunmodulator.
  • Het is een keratolyticum.
  • Het is een ontstekingsremmer.

6. Als behandeling in de eerste lijn niet effectief is, dient de patiënt met hidradenitis suppurativa naar de dermatoloog te worden verwezen. Met welk antibioticum zal de dermatoloog starten als tetracycline in de eerste lijn onvoldoende werkzaam was?
  • Rifampicine/clindamycine.
  • Flucloxacilline.
  • Gentamycine.
  • Amoxicilline/clavulaanzuur.

7. Mevrouw Van Schijndel, 34 jaar, komt op het spreekuur omdat zij pijnlijke knobbels heeft in haar rechteroksel. Bij onderzoek ziet de huisarts zwellingen in de oksel. Bij palpatie gaat het om twee vaste, pijnlijke onderhuidse zwellingen. De huisarts stelt vast dat het om noduli gaat en denkt aan hidradenitis suppurativa. Wat is het geadviseerde beleid?
  • Conservatieve therapie.
  • Incisie.
  • Verwijzing voor excisie.

8. De huisarts constateert een niet-fluctuerende furunkel (steenpuist) mediaal op het bovenbeen bij de 23-jarige mevrouw Mutsaers. De lokalisatie hindert haar bij haar werk als stadswacht. Mevrouw Mutsaers heeft overgewicht (BMI 32 kg/m2), maar is verder gezond en heeft geen koorts. Ze heeft nooit eerder een furunkel gehad. Wat is naast hygiënische adviezen het meest aangewezen beleid?
  • Het spontane beloop afwachten.
  • Ichthammolzalf (trekzalf).
  • Fusidinezuurcrème.
  • Flucloxacilline oraal.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen