Nieuws

Kruistocht tegen passief roken overtrokken

Gepubliceerd
10 juli 2003

De overheid voert een stevig beleid: niet meer roken in openbare ruimtes, op het werk en in de toekomst ook niet meer in de coffeeshop. Een aantal van deze maatregelen zal het klimaat op de werkplek verbeteren. Zo lijkt het mij (niet-roker) afschuwelijk om steeds tegenover een rokende collega te moeten zitten. Anderzijds heb ik niet zoveel tegen een rokerig café: dat heeft wel wat, die lucht van oude rook en verschaald bier. Erger lijkt het mij – zou ik roker zijn – om aan het eind van mijn leven opgenomen te moeten worden in een verpleeghuis waar ik zelfs in de gezellige ontvangstruimte niet meer even een geurige Wilde Havanna op zou mogen steken. Ze zullen er wel gegronde redenen voor hebben, voor al die kostbare en in de privé-sfeer ingrijpende maatregelen. Maar hoe sterk is nu het bewijsmateriaal voor de rol van meeroken bij het ontstaan van hart- en vaatziekten, COPD en longkanker? Onlangs publiceerde de BMJ een zeer groot prospectief cohortonderzoek van meer dan 100.000 volwassenen die gevolgd werden van 1960 tot 1998. Men vergeleek relatieve risico's op de bekende, aan roken gerelateerde ziekten. Zo hadden mannen never smokers married to ever smokers in vergelijking met never smokers married to never smokers een relatief risico op coronaire hartziekte van 0,94, op longkanker van 0,75 en op COPD van 1,27. Bij vrouwen waren deze getallen respectievelijk 1,01, 0,99 en 1,13. Alle betrouwbaarheidsintervallen omvatten de waarde één. Er lijkt dus geen oorzakelijke relatie aangetoond tussen passief roken en genoemde ziekten alhoewel een klein effect niet uitgesloten kan worden. Zijn de resultaten van dit fantastische cohortonderzoek betrouwbaar? Blijven ze betrouwbaar als we weten dat het onderzoek gesponsord is door de tabaksindustrie? Of uitgevoerd door twee niet-rokers? In elk geval vindt Davey Smith in een begeleidend editorial dat er nog wel wat onzekerheid blijft en dat een duidelijke oorzakelijke relatie heel goed mogelijk is. Zo vindt hij met de getallen uit het onderzoek een relatief risico voor COPD van 1,65 (95%-BI 1,0-2,73) als de getallen voor mannen en vrouwen bij elkaar worden opgeteld – en er zijn geen biologische redenen om dat in dit geval niet te doen. Zo bezien zouden de maatregelen van de overheid kunnen resulteren in een heel relevante daling van het aantal COPD-patiënten. Het gaat hier meer om ‘zou kunnen’ dan om een hard effect. De kruistocht is dus in elk geval niet onderbouwd met medisch bewijsmateriaal. Welke andere motieven de doorslag hebben gegeven, is voor mij duister. (PL)

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen