Wat is bekend?
- Persoonlijke continuïteit is een van de pijlers van de huisartsgeneeskunde.
- Het wordt steeds moeilijker voor huisartsen om persoonlijke continuïteit te realiseren en te borgen.
- Er zijn geen instrumenten beschikbaar voor Nederlandse huisartsen om de persoonlijke continuïteit in hun praktijk te verbeteren.
Wat is nieuw?
- Wij ontwikkelden de TOOL-kit om de persoonlijke continuïteit in de huisartsenpraktijk in kaart te brengen en te verbeteren.
- TOOL-kit bevat 34 verbeterstrategieën voor 9 verschillende thema’s gericht op 1) patiënten op naam zetten, 2) assistenten instrueren, 3) 1 patiënt, 1 huisarts, 4) duodokters, 5) proactief handelen, 6) e-health, 7) bereikbaarheid, 8) waarneming en 9) samenwerking.
- Uit ons onderzoek blijkt dat TOOL-kit de juiste problemen adresseert en goed aansluit bij de dagelijkse praktijk. Een significante verbetering van de persoonlijke continuïteit op patiëntniveau konden we niet aantonen.
Continuïteit is een kernwaarde van de huisartsgeneeskunde en omvat 3 dimensies: persoonlijke continuïteit, teamcontinuïteit en transmurale continuïteit (kader).1 Patiënten en huisartsen waarderen persoonlijke continuïteit zeer en het heeft onder andere een positief effect op de arts-patiëntrelatie, de therapietrouw, het aantal ziekenhuisopnamen, het zorggebruik en sterfte.2,11
Huisartsen vinden het in de praktijk steeds lastiger om persoonlijke continuïteit te realiseren doordat ze parttime werken, hun werk in grotere groepspraktijken moeten doen en steeds afhankelijker zijn geworden van tijdelijk personeel.12,14 Tegelijkertijd neemt bij de groeiende groep oudere patiënten met chronische aandoeningen de behoefte aan persoonlijke continuïteit toe.9,15 Deze patiënten lopen een hoger risico op fragmentatie van zorg doordat er meer hulpverleners bij hun zorg betrokken zijn, en hebben tegelijkertijd juist meer baat bij persoonlijke continuïteit dan jongere, gezondere patiënten.16
In eerder onderzoek hebben we op basis van een vragenlijstonderzoek en focusgroepgesprekken onder huisartsen, patiënten, praktijkassistenten en praktijkondersteuners een interventie ontwikkeld die beoogt de persoonlijke continuïteit in de huisartsenpraktijk te optimaliseren: TOOL-kit (opTimise persOnal cOntinuity for oLder patients) (figuur 1).2,17,18 Het doel van het hier beschreven onderzoek was om de toepassing van TOOL-kit in de Nederlandse huisartsenpraktijk te evalueren op effectiviteit, haalbaarheid en aanvaardbaarheid.
Figuur 1 | De opzet van TOOL-kit

Kader | Dimensies van continuïteit
- Persoonlijke continuïteit: een vaste hulpverlener in iedere afzonderlijke zorgsetting die de patiënt kent en volgt.
- Teamcontinuïteit: communicatie van relevante patiënteninformatie en samenwerking tussen hulpverleners binnen 1 zorgsetting om de verschillende vormen van zorg op elkaar te laten aansluiten.
- Transmurale continuïteit: communicatie van relevante patiënteninformatie en samenwerking tussen hulpverleners uit verschillende zorgsettingen om de verschillende vormen van zorg op elkaar te laten aansluiten.
Methoden
Van augustus 2020 tot en met maart 2022 voerden we een pragmatische, gerandomiseerde en gecontroleerde trial uit (figuur 2), waarbij we huisartsenpraktijken uit de omgeving van Amsterdam en Nijmegen includeerden waarin ten minste 3 huisartsen in vast dienstverband werkten.17 Er waren geen andere in- of exclusiecriteria. We pasten een stepped-wedge onderzoeksontwerp toe, waarbij de interventie in alle praktijken stapsgewijs werd gestart.19
Figuur 2 | Onderzoeksontwerp van de trial

Interventie
De interventie vond plaats op praktijkniveau. De implementatie van TOOL-kit in een praktijk omvat 4 stappen:
- Stap 1: een praktijkscan – de huisartsenpraktijk vult een korte vragenlijst met ja/nee-vragen in over de huidige activiteiten die de persoonlijke continuïteit in de praktijkorganisatie moeten bevorderen.
- Stap 2: selectie van strategieën – op basis van de uitkomst van de praktijkscan genereert TOOL-kit een lijst van aanbevolen verbeterstrategieën. Praktijken kunnen een willekeurig aantal aanbevolen strategieën uit deze lijst selecteren.
- Stap 3: praktijkverbeterplan – op grond van de geselecteerde strategieën stelt de praktijk een verbeterplan op volgens de SMART-methode. TOOL-kit bevat voor elke strategie een stapsgewijze begeleiding.
- Stap 4: implementatie – de huisartsenpraktijk voert het definitieve verbeterplan uit.
Deelnemers
Aan onze trial namen praktijkmedewerkers en patiënten deel. We includeerden ten minste 3 huisartsen en 1 praktijkassistent(e) per praktijk. Alle huisartsen, praktijkassistenten, praktijkondersteuners en praktijkmanagers in vast dienstverband kwamen in aanmerking voor deelname. Bovendien includeerden we per praktijk 100 patiënten die 65 jaar of ouder waren en thuis woonden, geen ernstige cognitieve beperkingen hadden, en die ten minste 1 consult in de voorgaande 12 maanden hadden (inclusief telefoongesprekken en e-consulten). Ook moesten ze Nederlands kunnen begrijpen en schrijven. We verkregen informed consent van alle huisartsen, praktijkmedewerkers en patiënten.
Uitkomstmaten
De primaire uitkomst was de ervaren continuïteit gemeten met de Nijmegen Continuity Questionnaire (NCQ) onder de geïncludeerde patiënten. De NCQ is een gevalideerde vragenlijst die de continuïteit op patiëntniveau meet.20 Ze bestaat uit 26 vragen met een 5-puntslikertschaal, verspreid over 3 dimensies (persoonlijke continuïteit: de zorgverlener kent mij; persoonlijke continuïteit: de zorgverlener toont betrokkenheid; en team-/transmurale continuïteit). Per dimensie berekenden we het gemiddelde van de likertscores, wat resulteerde in 3 continuïteitscores.
De secundaire uitkomstmaten waren ervaren werkstress, werktevredenheid (beide op een 5-puntslikertschaal) en ervaren persoonlijke continuïteit (10-puntslikertschaal) van de praktijkmedewerkers. Daarnaast voerden we onder de praktijkmedewerkers een procesevaluatie uit om de haalbaarheid, de aanvaardbaarheid en het niveau van implementatie van de interventie in kaart te brengen.
Gegevensverzameling en -analyse
Gedurende 18 maanden verzamelden we gegevens, met meetmomenten aan het begin van de trial (T0) en op 6 momenten met tussenpozen van 3 maanden (T1-T6). De primaire uitkomstmaat maten we op baseline en op 12 maanden (T4) via papieren vragenlijsten die we onder patiënten verspreidden. De secundaire uitkomsten en procesevaluatie werden gedurende de gehele onderzoeksperiode van 18 maanden via digitale enquêtes gemeten op maand 0 en 3-maandelijkse follow-upmomenten.
Voor de primaire en secundaire uitkomstmaten gebruikten we een mixed model-analysetechniek voor de longitudinale vergelijking van de interventieconditie met de controleconditie van praktijken. De procesevaluatie analyseerden we met een combinatie van beschrijvende statistiek (gemiddelde, percentage, aantal) en een kwalitatieve analyse van de open vragen uit de digitale vragenlijsten.
Resultaten
We hebben 32 huisartsenpraktijken geïncludeerd (Nijmegen: 15, Amsterdam: 17). In totaal includeerden we 129 huisartsen, 63 praktijkassistenten, 12 praktijkondersteuners/praktijkmanagers en 2319 patiënten.
Primaire en secundaire uitkomstmaten
De respons op de NCQ was 38,7%. De verschillen tussen de baseline- en follow-upwaarden op alle 3 de dimensies van de NCQ waren niet statistisch significant na correctie voor clustering, baselineverschillen en verschillen in expositieduur. Het grootste effect van TOOL-kit op de dimensies van continuïteit zagen we op de dimensie persoonlijke continuïteit (de huisarts kent mij), waarbij de continuïteit toenam van 3,71 (standaarddeviatie (sd) = 0,78) tot 3,73 (sd = 0,77).
De secundaire uitkomstmaten werkstress, ervaren continuïteit en werktevredenheid lieten ook geen significant verschil zien.
Procesevaluatie
De resultaten van de procesevaluatie onder de praktijkmedewerkers zijn weergeven in (figuur 3). Ze zagen TOOL-kit als een gebruiksvriendelijk instrument dat goed aansloot bij de praktijk en niet te veel tijd in beslag nam. De meest gekozen strategieën waren ‘Instrueer de assistenten om alle patiënten standaard in te plannen bij hun vaste huisarts’ (13/32), ‘Gebruik zoekstrategieën binnen het HIS om patiënten met een lage continuïteit te identificeren’ (11/32) en ‘Verleng de standaardconsultduur naar 15 minuten’ (10/32).
De implementatie van TOOL-kit was deels geslaagd. Van de 34 verbeterstrategieën uit TOOL-kit zijn er 9 succesvol toegepast (figuur 1). Dat wil zeggen dat de meerderheid van de praktijken er in is geslaagd om de verbeterstrategie uit te voeren en hier hun zelfgestelde doelen mee te bereiken. Bij deels succesvolle toepassing (13/34) was de verbeterstrategie deels uitgevoerd, maar was het zelfgestelde doel niet bereikt. Van niet-toegepaste verbeterstrategieën (9/34) werden geen onderdelen in de praktijk uitgevoerd en werd geen resultaat bereikt. De resterende 3 verbeterstrategieën werden door geen enkele praktijk toegepast.
Figuur 3 | Uitkomsten van de procesevaluatie

Beschouwing
Ons onderzoek laat zien dat de deelnemers TOOL-kit een haalbaar en toepasbaar instrument vinden. We konden echter geen significante verbetering van persoonlijke continuïteit op patiëntniveau aantonen – de gevonden verschillen waren zo klein dat ook een klinisch relevant effect op patiëntniveau zeer onwaarschijnlijk lijkt. Deze discrepantie kan mogelijk worden verklaard doordat de interventie op praktijkniveau plaatsvond, terwijl we het effect op patiëntniveau maten. Het kan zijn dat patiënten hierdoor eventuele effecten niet hebben opgemerkt. Het is lastig deze effecten te meten, zeker wanneer er gebruik wordt gemaakt van een algemene – niet-interventiespecifieke – uitkomstmaat.2,21 Achteraf gezien was de keuze voor ervaren continuïteit op patiëntniveau als primaire uitkomstmaat daarom minder geschikt. Ook bleken patiënten bij aanvang van het onderzoek al een hoge mate van persoonlijke continuïteit te ervaren, waardoor er mogelijk sprake is van een plafondeffect.
Hoewel de deelnemers TOOL-kit als nuttig beschouwden en continuïteit belangrijk vonden, is het niet gelukt om alle strategieën van TOOL-kit volledig te implementeren. Dit had waarschijnlijk te maken met de toegenomen werkbelasting van huisartsenpraktijken door de coronapandemie, waardoor TOOL-kit vaak geen prioriteit kreeg.22 Ook was de follow-uptijd ingekort van 24 maanden naar 18 maanden vanwege de lockdowns tijdens de pandemie, wat het meten van de effectiviteit van een complexe interventie als TOOL-kit bemoeilijkt heeft.23 Op individueel praktijkniveau zagen we soms wel een toename van de continuïteit. Een aanvullende, reeds geplande procesevaluatie moet duidelijk maken in welke mate TOOL-kit hieraan bijgedragen heeft en welke belemmerende en/of bevorderende factoren van invloed zijn op de toepassing van TOOL-kit. Na deze procesevaluatie zullen we TOOL-kit verder aanpassen om de implementatie ervan te bevorderen.
Dit is het eerste onderzoek dat een interventie evalueert die specifiek ontworpen is voor het optimaliseren van persoonlijke continuïteit. Twee Australische gerandomiseerde gecontroleerde trials lieten geen verbetering van persoonlijke continuïteit zien na introductie van een financiële prikkel en een multicomponentinterventie.24,25 Een Duits programma voor het versterken van de eerstelijnszorg met onder andere financiële steun, organisatorische hervormingen en wachttijdreductie liet in een observationeel onderzoek een samenhang zien met hogere scores voor persoonlijke continuïteit.26
Sterke punten
Een sterk punt van het onderzoek is de lage uitval. Slechts 3 van de 32 praktijken vielen uit tijdens het onderzoek (1 vóór het voltooien van TOOL-kit, 2 tijdens het onderzoek), ondanks de voortdurend hoge werkdruk, de relatief lage affiniteit van huisartsen met wetenschappelijk onderzoek en de coronapandemie.22,27,28 De grote respons onder patiënten en frequente meetmomenten onder praktijkmedewerkers maakten het mogelijk om een volledig beeld van de uitkomstmaten en implementatie van TOOL-kit te krijgen. Dankzij de pragmatische opzet hebben we de interventie in een setting kunnen evalueren die goed overeenkomt met de dagelijkse praktijk.29
Belang voor huisartsen
Persoonlijke continuïteit is een kernwaarde van de Nederlandse huisartsenzorg, maar het wordt voor huisartsen steeds lastiger om deze waarde te realiseren en te borgen. Er is tot nu toe weinig perspectief voor een oplossing van dit probleem. Het is daarom van groot belang dat huisartsen proactief nadenken over hoe ze persoonlijke continuïteit binnen hun praktijk in een veranderend zorglandschap kunnen blijven garanderen. TOOL-kit kan daarbij behulpzaam zijn.
Hoewel ons onderzoek geen effect laat zien, gaat het om slechts 1 onderzoek dat onder bijzondere en lastige omstandigheden heeft plaatsgevonden. De deelnemende huisartsen waren overwegend positief over TOOL-kit. Bovendien heeft de inhoud van TOOL-kit een robuuste wetenschappelijke onderbouwing.2,17,18,30 We denken daarom dat TOOL-kit huisartsen kan helpen om de persoonlijke continuïteit te verbeteren en handvatten biedt om deze verbeteringen in de praktijk te realiseren.
Conclusie
TOOL-kit blijkt een gebruiksvriendelijk instrument te zijn dat goed aansluit bij de huisartsenpraktijk. Het is lastig om effectiviteit op het niveau van de patiënt aan te tonen, wat mogelijk komt door de coronapandemie en de keuze voor een achteraf gezien minder geschikte uitkomstmaat. Het blijft voor huisartsen belangrijk om aandacht te besteden aan persoonlijke continuïteit. TOOL-kit biedt een breed palet aan uitgewerkte strategieën om deze te optimaliseren.
Je kunt dit interview ook beluisteren via je favoriete podcastapp of via henw.org/podcast-overzicht.
Literatuur
- 1.Uijen AA. Continuity of care. Perspective of the patient with a chronic illness.[Proefschrift]. Nijmegen: Radboudumc, 2012.
- 2.Groot LJJ, Te Winkel MT, Schers H, Burgers J, Smalbrugge M, Uijen A, et al. Optimising personal continuity: a survey of general practitioners and older patients views. BJGP Open 2023:BJGPO.2022.0099.
- 3.Frederiksen HB, Kragstrup J, Dehlholm-Lambertsen B. Attachment in the doctor-patient relationship in general practice: a qualitative study. Scand J Prim Health Care 2010;28:185-90.
- 4.Schers H, Van den Hoogen H, Bor H, Grol R, Van den Bosch W. Familiarity with a GP and patients’ evaluations of care. A cross-sectional study. Fam Pract 2005;22:15-9.
- 5.Cabana MD, Jee SH. Does continuity of care improve patient outcomes? J Fam Pract 2004;53:974-80.
- 6.Hansen RA, Voils CI, Farley JF, Powers BJ, Sanders LL, Sleath B, et al. Prescriber continuity and medication adherence for complex patients. Ann Pharmacother 2015;49:293-302.
- 7.Chen CC, Tseng CH, Cheng SH. Continuity of care, medication adherence, and health care outcomes among patients with newly diagnosed type 2 diabetes: a longitudinal analysis. Med Care 2013;51:231-7.
- 8.Saultz JW, Albedaiwi W. Interpersonal continuity of care and patient satisfaction: a critical review. Ann Fam Med 2004;2:445-51.
- 9.Bayliss EA, Ellis JL, Shoup JA, et al. Effect of continuity of care on hospital utilization for seniors with multiple medical conditions in an integrated health care system. Ann Fam Med 2015;13:123-9.
- 10.Shin DW, Cho J, Yang HK, Park JH, Lee H, Kim H, et al. Impact of continuity of care on mortality and health care costs: a nationwide cohort study in Korea. Ann Fam Med 2014;12:534-41.
- 11.Pereira Gray DJ, Sidaway-Lee K, White E, Thorne A, Evans PH. Continuity of care with doctors – a matter of life and death? A systematic review of continuity of care and mortality. BMJ Open 2018;8:e021161.
- 12.Brabers A, De Jong J. Toekomst van de huisartsenzorg. Het perspectief van de burger. Utrecht: Nivel, 2019.
- 13.Vis E, Kenens R, Duijkers B, et al. Cijfers uit de registratie van huisartsen: peiling 2018. Utrecht: Nivel, 2020.
- 14.Kajaria-Montag H, Freeman M. Explaining the erosion of relational care continuity: an empirical analysis of primary care in England. 2020. https://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=3699385. Geraadpleegd op 12 augustus 2023.
- 15.. Nutting P, Goodwin M, Flocke S, et al. Continuity of primary care: to whom does it matter and when? Ann Fam Med 2003;1:149-55.
- 16.Haggerty JL, Roberge D, Freeman GK, Beaulieu C. Experienced continuity of care when patients see multiple clinicians: a qualitative metasummary. Ann Fam Med 2013;11:262-71.
- 17.Groot LJJ, Schers HJ, Burgers JS, Schellevis FG, Smalbrugge M, Uijen AA, et al. Optimising personal continuity for older patients in general practice: a study protocol for a cluster randomised stepped wedge pragmatic trial. BMC Fam Pract 2021;22:207.
- 18.Groot LJJ, Janssen E, Westerman M, Schers H, Burgers JS, Smalbrugge M, et al. Improving personal continuity in general practice: a focus group study. Br J Gen Pract 2024 Sep 20:BJGP.2024.0099.
- 19.Hemming K, Haines TP, Chilton PJ, Girling AJ, Lilford RJ. The stepped wedge cluster randomised trial: rationale, design, analysis, and reporting. BMJ 2015;350:h391.
- 20.Uijen AA, Schellevis FG, Van den Bosch WJ, Mokkink HGA, Van Weel C, Schers HJ. Nijmegen Continuity Questionnaire: development and testing of a questionnaire that measures continuity of care. J Clin Epidemiol 2011;64:1391-9.
- 21.Waibel S, Henao D, Aller M, Vargas I, Vázquez M-L. What do we know about patients’ perceptions of continuity of care? A meta-synthesis of qualitative studies. Int J Qual Health Care 2012;24:39-40.
- 22.LHV. Zorgen over werkdruk en bezetting. 2021. https://www.lhv.nl/wp-content/uploads/2021/10/LHV-Onderzoek-2021-Zorgen-over-werkdruk-en-bezetting.pdf. Geraadpleegd op 1 juni 2023.
- 23.Beauchemin M, Cohn E, Shelton RC. Implementation of clinical practice guidelines in the health care setting: a concept analysis. ANS Adv Nurs Sci 2019;42:307-24.
- 24.Bonney A, Russell G, Radford J, Zwar N, Mullan J, Batterham M, et al. Effectiveness of Quality Incentive Payments in General Practice (EQuIP-GP) cluster randomized trial: impact on patient-reported experience. Fam Pract 2022;39:373-80.
- 25.Reed RL, Roeger L, Kwok YH, Kaambwa B, Allison S, Osborne RH. A general practice intervention for people at risk of poor health outcomes: the Flinders QUEST cluster randomised controlled trial and economic evaluation. Med J Aust 2022;216:469-75.
- 26.Wensing M, Szecsenyi J, Laux G. Continuity in general practice and hospitalization patterns: an observational study. BMC Fam Pract 2021;22:21.
- 27.Sumanen M, Reho T, Heikkila T, Mäntyselkä P, Halila H, Mattila K. Research orientation among general practitioners compared to other specialties. Scand J Prim Health Care 2021;39:10-6.
- 28.Golder S, Jefferson L, McHugh E, Essex H, Heathcote C, Castro Avila A, et al. General practitioners’ wellbeing during the COVID-19 pandemic: novel methods with social media data. Health Info Libr J 2023;40(4):400-16.
- 29.Ware JH, Hamel MB. Pragmatic trials – guides to better patient care? N Engl J Med 2011;364:1685-7.
- 30.Craig P, Dieppe P, Macintyre S, Michie S, Nazareth I, Petticrew M. Developing and evaluating complex interventions: the new Medical Research Council guidance. BMJ 2008;337:a1655.
Reacties (2)
Beste Edwin,
De toolkit is opgenomen in de orginele publicatie en is via deze link te downloaden:
(NL vanaf pagina 40)
https://bmjopen.bmj.com/content/bmjopen/14/5/e078169/DC2/embed/inline-s…
- Login om te reageren
Is de TOOL-kit inclusief de screeningsvragenlijst ook ergens beschikbaar om zelf in de praktijk te gebruiken?
- Login om te reageren