Nieuws

Restless legs-syndroom

Gepubliceerd
10 januari 2004

In de eed van Hippocrates beloven wij als dokters ‘primum non nocere’. In deze tijd van ontwikkelingen en innovaties wordt de eed steeds belangrijker. Het is de taak van de (huis)arts om in de 21ste eeuw persoonlijke geneeskunde te bedrijven, gebaseerd op empirisch onderzoek. In het geval van het restless legs-syndroom (H&W 2003;46:573-5) zijn de minst schadelijke middelen (placebo en eventueel hydrokinine) dan eerste keus. Pas als deze middelen falen, moeten zonodig potentere middelen (benzo's en opiaten) met een groter arsenaal aan bijwerkingen worden geprobeerd. De huisartsgeneeskunde staat daarmee voor een nieuwe uitdaging. Als onschuldige kwalen om een behandeling vragen, moet dat gedaan worden met zo onschadelijk mogelijke middelen en empirisch onderzoek is hiervoor aangewezen. Wanneer we namelijk alleen die behandelingen accorderen die significant beter zijn dan een placebo, hebben we geen oog voor de grote effecten van deze onschadelijke middelen. Joop de Vette

Antwoord

Wij zijn het grotendeels met De Vette eens. Patiënten bezoeken ons als arts in het vertrouwen dat wij hen met effectieve middelen zullen helpen bij hun medische klachten en dat wij geen dingen zullen doen die hen schaden. Volgens de tekst van de (onlangs herziene) eed van Hippocrates moeten wij onze patiënten niet alleen ‘niet schaden’ maar ook ’naar ze luisteren’ en ze ‘goed inlichten’. Om te handelen volgens het principe ‘primum non nocere’ moet je weten wat effectief is en wat schade toebrengt. In onze serie systematic reviews over de kleine kwalen geven we bij elke behandeling (zo mogelijk) aan wat op basis van wetenschappelijk onderzoek bekend is over de gunstige effecten en ook over de nadelige effecten van deze behandeling. Wanneer je overzicht hebt over de objectieve feiten van verschillende behandelingsmogelijkheden, kun je dit met de patiënt bespreken. De patiënt is de enige die kan afwegen of hij bij zijn (al dan niet ernstige) klachten de gunstige effecten van een behandeling vindt opwegen tegen de nadelige effecten. Het voorschrijven van een (onschuldig) onwerkzaam middel bij een onschuldige kwaal is naar ons idee niet in overeenstemming met de eed van Hippocrates. Ook bij onschuldige kwalen die behandeling vragen, mogen we het vertrouwen van onze patiënten niet schaden. In het algemeen geldt namelijk niet, zoals u beweert, dat placebo's effectiever zijn dan geen behandeling.1 Als een patiënt zelf geen keuze kan of wil maken en er geen geschikte effectieve behandeling voorhanden is, zouden wij de patiënt toch volgens het NHG-credo adviseren ‘in dubio abstine’. Just Eekhof, Arie Knuistingh Neven, Peter Boot 1 Hróbjartsson A, Gøtzsche PC. Placebo treatment versus no treatment (Cochrane Review). In: The Cochrane Library, Issue 4, 2003. Chichester: Wiley.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen