Met de opkomst van internet is jezelf leren kennen door het doen van zelfonderzoek veel gemakkelijker geworden. Er zijn online vragenlijsten om je IQ of EQ te bepalen en om te onderzoeken of je een depressie of de ziekte van Pfeiffer hebt. Ook zijn medische instrumenten commercieel beschikbaar om bijvoorbeeld thuis de bloeddruk te meten. Bij de drogist zijn diverse zelftests te koop om je glucose of cholesterol te bepalen of om een allergie of soa te diagnosticeren. De huisarts wordt steeds vaker geraadpleegd naar aanleiding van de uitkomst van dergelijke zelftests. Wat is de waarde van deze zelftests en wat moet je daar als huisarts mee? In dit nummer geeft Martine Ickenroth in een beschouwing informatie over de waarde van zelftests en Pim Assendelft biedt in een commentaar aanknopingspunten hoe je er als huisarts mee om kunt gaan.
Overigens blijkt steeds weer dat met zelfmetingen van de bloeddruk lagere waarden worden vastgesteld dan wanneer de huisarts de bloeddruk meet. Mark van der Wel introduceert in zijn beschouwing een nieuwe methode voor bloedrukmeting om dit wittejasseneffect te reduceren.