Nieuws

Zuurstoftherapie kan verademing zijn

Gepubliceerd
6 juli 2017
Context Volgens de richtlijnen zouden patiënten met COPD alleen zuurstoftherapie moeten krijgen als zij hypoxemie hebben. Bij kortademige COPD-patiënten met of zonder milde hypoxemie wordt momenteel niet geadviseerd zuurstof voor te schrijven. In de praktijk krijgen deze patiënten echter soms wel zuurstoftherapie. Het is de vraag of dit verstandig is. Zuurstoftherapie is mogelijk helemaal niet effectief bij deze patiënten en kan ook nadelige gevolgen hebben.
Klinische vraag Is zuurstoftherapie effectief bij patiënten met COPD die geen of milde hypoxemie hebben?
Conclusie auteurs Deze update van de Cochrane-review uit 2011 leverde 14 nieuwe onderzoeken op (totaal 44 onderzoeken, met 1195 patiënten). De meeste onderzoeken (n = 32) gingen over continue zuurstoftherapie tijdens inspanning. De zuurstoftherapie werd vergeleken met omgevingslucht. De onderzoekers keken eerst naar het effect van zuurstoftherapie op kortademigheid. Daarnaast keken zij naar het effect op de kwaliteit van leven van de patiënt, de voorkeur van de patiënt voor een bepaalde therapie en de eventueel negatieve gevolgen van de zuurstoftherapie. Een meta-analyse waarin 32 van de 44 onderzoeken werden samengenomen, liet zien dat langdurige zuurstoftherapie tijdens inspanning in een laboratoriumsetting de kortademigheid bij patiënten verminderde (SMD -0,36; 95%-BI -0,48 tot -0,24). Dat is een afname van de mate van kortademigheid met 0,7 punten op een schaal van 0 tot 10. De kwaliteit van leven veranderde niet onder invloed van zuurstoftherapie (SMD 0,12; 95%-BI -0,04 tot 0,28).
Beperkingen Bijna alle onderzoeken werden uitgevoerd in een laboratoriumsetting en de resultaten zijn niet zonder meer te generaliseren naar de dagelijkse praktijk. De onderzoeksmethoden werden in bijna alle geïncludeerde onderzoeken slecht beschreven. De secundaire uitkomstmaten werden in de meeste onderzoeken onvoldoende beschreven; kwaliteit van leven kwam maar in een paar gevallen aan bod, evenals therapievoorkeur van de patiënt. Verder werden nadelige bijwerkingen onvoldoende beschreven, waardoor er geen meta-analyse mogelijk was voor deze laatste twee uitkomstmaten.
Commentaar In de vorige versie van deze review (2011) was er al bewijs dat zuurstoftherapie tijdens inspanning de kortademigheid bij COPD patiënten kon verlichten. In deze update is er weer meer bewijs gevonden dat deze conclusie onderschrijft. De afzonderlijke onderzoeken verschilden echter veel van elkaar en het uiteindelijke bewijs is van matige kwaliteit. Een sensitiviteitsanalyse waarbij onderzoeken met een hoog risico op vertekening werden geëxcludeerd, toonde echter nog steeds een afname van kortademigheid bij gebruik van zuurstoftherapie (SMD -0,30; 95%-BI -0,41 tot -0,20). Subgroep-analyses waarbij de onderzoekers onder andere keken naar kortdurende zuurstoftherapie en de hoeveelheid zuurstof lieten geen effect zien op kortademigheid. Het blijft onduidelijk of patiënten klinisch verbeteren door zuurstoftherapie. Het meeste bewijs in deze review kwam van onderzoeken in een laboratoriumsetting, waarin onderzoekers keken naar kortademigheid tijdens inspanning. De effecten van zuurstoftherapie op kortademigheid bij de patiënt thuis, gedurende de dag (dus niet tijdens inspanning), waren veel kleiner en statistisch niet significant (SMD -0,13; 95%-BI -0.37 tot 0.11). Ten opzichte van de vorige review levert deze review ons nieuwe informatie over de effecten van zuurstofgebruik op kwaliteit van leven.
Op dit moment zijn er in ons land geen richtlijnen die zuurstoftherapie bij COPD-patiënten met geen of milde hypoxemie adviseren. Het gebruik van zuurstoftherapie bij deze patiënten lijkt met name aan de orde in de palliatieve fase. De Richtlijnendatabase van de Federatie Medisch Specialisten geeft aan dat, ondanks weinig bewijs uit de literatuur, de individuele COPD-patiënt toch baat kan hebben bij zuurstoftherapie in de palliatieve fase van de ziekte. Ook de NHG-Standaard COPD vermeldt dat zuurstoftherapie alleen besproken en overwogen dient te worden in de palliatieve fase. Uiteindelijk zal per individuele patiënt de indicatie om in deze fase zuurstoftherapie aan te bieden, gesteld moeten worden in overleg tussen de eerste en tweede lijn. Daarbij verdient het aanbeveling de patiënt zo optimaal mogelijk te informeren over de te verwachten mogelijkheden en beperking van de therapie.
PEARLS bieden de lezer bruikbare wetenschap voor de werkvloer, op basis van de Cochrane Database of Systematic Reviews. Coördinatie: Hans van der Wouden • Correspondentie: j.vanderwouden@vumc.nl.

Literatuur

  • 1.Ekström M, Ahmadi Z, Bornefalk-Hermansson A, Abernethy A, Currow D. Oxygen for breathlessness in patients with chronic obstructive pulmonary disease who do not qualify for home oxygen therapy. Cochrane Database Syst Rev 2016;11:CD006429.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen