De adolescentie is een invloedrijke periode met grote fysieke en psychologische veranderingen, en de ontwikkeling van de eigen identiteit. Leeftijdsgenoten worden gezien als de norm. Adolescenten die getuige zijn van geweld bevinden zich in een moeilijke positie: vaak verlenen ze steun aan de ouder(s), in plaats van bescherming van hen te krijgen. Getuige zijn van geweld in deze periode kan van grote invloed zijn op het gevoel van, én de daadwerkelijke veiligheid. Blootstelling aan geweld in de adolescentie is geassocieerd met het optreden van geweld in tienerrelaties, een vroege seksuele start, seksueel risicogedrag, soa en tienerzwangerschap. Het is ook gerelateerd aan intergenerationele transmissie: de kans dat een kind als volwassene dader of slachtoffer wordt is 1 op 3. Daarnaast hebben deze kinderen ook vaker te maken met gedrags- en leerproblemen, suïcide, drugs- en alcoholmisbruik en andere psychische klachten.
Adolescenten die zijn blootgesteld aan geweld zijn bang de controle over de situatie te verliezen. Hierbij spelen (een gevoel van) onveiligheid, wantrouwen, angst voor consequenties en onwetendheid waar hulp te krijgen een rol. Vooralsnog zijn er weinig interventies beschikbaar en die hebben bovendien een hoge drempel (toestemming van ouders vereist, verzekeringsgegevens vereist of niet beschikbaar in de buurt).
Bij een inventarisatie van de wensen over hulpverlening bij jongeren uit een algemene populatie bleken de belangrijkste thema’s: vertrouwelijkheid, informatie, advies en een luisterend oor.
3 Aangezien, in 2013, 100% van de jongeren tussen de 12 en 25 jaar toegang had tot internet en zij dit vooral gebruiken voor communicatie en informatie zoeken, zouden webgebaseerde interventies (e-health) mogelijk een rol kunnen spelen in de zorg voor adolescenten. Het is bekend dat e-healthinterventies laagdrempelige hulp kunnen bieden, waarbij anonimiteit en vertrouwelijkheid het belangrijkst lijken te zijn. Peer support wordt hierbij gezien als effectief in informatie delen, emotionele en instrumentele steun geven en gedragsverandering.