Nieuws

Tweedelijns perspectief bij handboek kinderziekten

Gepubliceerd
10 juni 2009

Doelgroep Ouders van kinderen van 0 tot 18 jaar. Inhoud Dit Handboek kinderziekten, dat is bestemd voor ouders, vertoont veel overeenkomsten met de handboeken kindergeneeskunde voor medisch studenten. In 25 hoofdstukken komt een breed scala aan medische problematiek bij kinderen voorbij. Het boek begint met neonatologie en daarna komen de orgaansystemen aan bod. Verder zijn er onder meer hoofdstukken over infectieziekten, intoxicaties, anesthesiologie en chirurgie. Gedragsproblemen en kinderpsychiatrie krijgen aandacht in twee afzonderlijke hoofdstukken. Alle hoofdstukken hebben andere auteurs, voor het merendeel kinderspecialisten. De presentatie van de aandoeningen is telkens hetzelfde. Eerst een beschrijving van het ziektebeeld met wat achtergrondinformatie over anatomie, fysiologie, etiologie en soms ook epidemiologie. Daarna komt de aanpak aan de orde, waarbij steeds aandacht is voor wat de ouders zelf kunnen doen, wanneer medisch advies nodig is, wat de behandelingsmogelijkheden zijn, de prognose en soms ook wat ouders níét moeten doen. Oordeel Het boek is niet geschikt als naslagwerk voor huisartsen, maar het kan wel een functie hebben voor ouders of andere leken die informatie zoeken over kindergeneeskundige onderwerpen. Het is geen zelfhulpboek waarmee ouders gemakkelijk zelf kunnen uitzoeken wat ze met bepaalde verschijnselen bij hun kinderen aan moeten. Trefwoorden als ‘koorts’ of ‘hoest’ zijn bijvoorbeeld niet in de index te vinden. Er staan wel erg veel aandoeningen en problemen in. Vrijwel alle auteurs zijn afkomstig uit de kliniek, en er is slechts één korte bijdrage van een jeugdarts opgenomen. Dit weerspiegelt zich in de wat onevenwichtige inhoud van het boek. Er is relatief veel plaats ingeruimd voor betrekkelijk zeldzame aandoeningen, terwijl sommige kleinere, maar veel vaker voorkomende, problemen ontbreken. Zo mis ik bijvoorbeeld: het ingeslikte voorwerp, de ooievaarsbeet, de cerumenprop en de handvoetmondziekte. Een apart hoofdstuk over voeding en daarmee samenhangende problemen ontbreekt ook. De teksten zijn over het geheel genomen goed leesbaar en informatief en worden begeleid door mooie illustraties. Storend is dat er nogal wat overlap voorkomt in het boek. Zo wordt ‘de huilbaby’ in vijf verschillende hoofdstukken besproken. Verder lijken sommige auteurs niet op de hoogte te zijn van de mogelijkheden die de huisarts heeft voor de behandeling van medische problemen bij kinderen. Marjolijn Hugenholtz

Waardering **

* = zeer matig ** = matig *** = redelijk **** = goed ***** = zeer goed

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen