Nieuws

Oogverband bij oppervlakkige cornea-erosies

Gepubliceerd
1 juli 2016
CATS, critically appraised topics, proberen een evidence-based antwoord op een praktijkvraag te krijgen. De coördinatie van deze rubriek is in handen van Marianne Dees en Annet Sollie • Correspondentie: redactie@nhg.org.
Vraagstelling In de praktijk wordt een oogverband regelmatig gebruikt om een oppervlakkige cornea-erosie te behandelen. Op basis van een review uit 1998 wordt in de NHG-Standaard Het rode oog uit 2006 het toevoegen van een oogverband naast aanbrengen van topicale antibiotica niet geadviseerd. De vraag is of er bij patiënten met een oppervlakkige corneaerosie verschil in tijd tot genezing is bij gebruik van een oogverband.
Zoekstructuur Op 15 december 2015 doorzochten we Pubmed met de volgende zoektermen: (“Corneal injuries”[MESH] OR “Corneal erosion”[tiab]) AND (“Eye Protective Devices”[MESH] OR “Pressure patching”[tiab] OR “eye patch”[tiab]). Dit leverde 59 artikelen op waaronder 1 relevante Cochrane-review (Turner et al.). Van de 3 RCT’s van na de zoekdatum van de Cochrane-review (3-12-2007) selecteerde we nog 1 relevante RCT (Menghini et al.).
Resultaten De Cochrane-review van Turner et al. includeerde 11 onderzoeken (n = 1014) die voor de behandeling van simpele cornea-erosies het gebruik van oogverband vergeleken met een behandeling zonder oogverband. In een meta-analyse werden zes onderzoeken gepoold die de gemiddelde duur in dagen tot genezing beschreven. Er werd een niet statistisch significant verschil gezien in het voordeel van de groep zonder oogverband (gemiddeld verschil 0,14 dagen, 95%-BI 0,00 tot 0,29; p = 0,12; matige heterogeniteit tussen onderzoeken met I2 = 42%). Van de negen onderzoeken die pijnscores hebben gemeten rapporteerden er zeven geen significant verschil en twee een significant verschil in voordeel van behandeling zonder verband.
De enkelblinde RCT van Menghini vergeleek de effectiviteit van ofloxacine oogzalf (n = 28), ofloxacine oogzalf met een oogverband (n = 18) en ofloxacine oogdruppels met een therapeutische contactlens (n = 20) voor behandeling van een traumatische cornea-erosie ontstaan na het verwijderen van een oppervlakkig corpus alienum. De primaire uitkomstmaat was de afname van grootte van de laesies in vierkante millimeter na één dag. Een verschil in afname van 2,0 mm2 per 24 uur werd vooraf als relevant beschouwd. In de groep met oogverband was er een afname van 3,4 mm2 (95%-BI 2,0 tot 5,4) en in de groep zonder oogverband of contactlens was er een afname gezien van 3,5 mm2 (95%-BI 2,4 tot 4,9). Dit verschil van 0,1 mm2 is niet statistisch significant en niet klinisch relevant. Op dag twee waren alle cornea-erosies volledig hersteld, de gemiddelde duur tot genezing wordt niet genoemd. Er werd geen statistisch verschil in pijnverlichting gemeten tussen de drie groepen.
Bespreking De besproken Cochrane-review heeft een grotere bewijskracht dan de review uit 1998 waar de NHG-Standaard Het rode oog zich op baseert; de conclusies zijn echter vergelijkbaar. De vraag is of het net niet significante verschil van 0,14 dagen (3,36 uur) in het voordeel van de groep zonder oogverband klinisch relevant kan zijn in de praktijk. Geen van de artikelen beschrijven hiervoor een afkappunt.
Van alle geïncludeerde onderzoeken van de Cochrane-review zijn maar vier onderzoeken adequaat omgegaan met blindering. Slechts één van deze onderzoeken is verwerkt in de metanalyse. Er is een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd met de adequaat geblindeerde onderzoeken waarin de genezing op de eerste dag als uitkomstmaat werd onderzocht. Ook hier werd een niet significant verschil gezien.
De grootste beperking van de RCT van Menghini et al. is dat de onderzochte populatie klein was, zeker in combinatie met de grote, overigens niet selectieve uitval van deelnemers na 7 dagen (38%). Verder kan de genezing ook zijn beïnvloed door de toepassing van de topicale ofloxacinebehandeling.
Ondanks het feit dat de geïncludeerde onderzoeken van de Cochrane-review en de RCT zijn uitgevoerd in de tweede lijn, zijn de onderzoekspopulaties met cornea-erosies &lt 48 uur oud variërend van 1,6 tot 23,7 mm2 veroorzaakt door mechanisch letsel of een corpus alienum vergelijkbaar met de patiënten in de huisartsenpraktijk.
Conclusie Er lijkt geen verschil in genezingstijd tussen de behandeling van een oppervlakkige cornea-erosie met of zonder oogverband.
Betekenis Op basis van genezingstijd, pijn en ongemak is een aanvullend oogverband bij de behandeling van een oppervlakkige corneaerosie niet geïndiceerd.

Literatuur

  • 1.Turner A, Rabiu M. Patching for corneal abrasion. Cochrane Database Syst Rev 2006; CD004764.
  • 2.Menghini M, Knecht PB, Kaufmann C, Kovac R, Watson SL, Landau K, Bosch MM. Treatment of traumatic corneal abrasions: a three-arm, prospective, randomized study. Ophthalmic Res 2013;50:13-18.

Reacties

Er zijn nog geen reacties.

Verder lezen