Alle nummers
Archief tijdschrift

2024, nummer 5

Jaargang
67

Nieuws

  • Mening patiënten over substitutie oncologische zorg

    Danka Stuijver, huisarts en columnist voor de Volkskrant, vraagt naar aanleiding van de in Huisarts en Wetenschap verschenen opinie van hoogleraar huisartsgeneeskunde Niek de Wit over oncologische substitutie wat de patiënt zou willen. Dit onderzoek onder Nederlandse, oncologische patiënten geeft hierop genuanceerd antwoord. Voor patiënten blijken de winst- en verliesrekening, randvoorwaarden en patiëntkenmerken belangrijk.

  • Meer soa-tests bij huisarts dan bij GGD

    In de periode 2015-2019 voerden huisartsen 3 keer meer soa-tests uit dan de GGD in de regio Rotterdam. Alle subgroepen uit het onderzoek kozen vaker voor een test bij de huisarts, ongeacht geslacht, opleidingsniveau of migratieachtergrond.

  • Minder antibiotica door jonge huisartsen

    Antimicrobiële resistentie blijft een wereldwijd probleem en de meeste antibiotica worden in de huisartsenpraktijk voorgeschreven. Ondanks dat artsen nog altijd meer antibiotica voorschrijven dan aanbevolen, blijkt uit recent onderzoek dat juist pas gestarte huisartsen minder antibiotica voorschrijven vergeleken met meer ervaren collega’s.

  • Gemoedstoestanden

    Het is somber gesteld met het signalerings- en diagnostisch vermogen van huisartsen bij bipolaire stoornissen. Of wij ons niet wat energieker en actiever kunnen richten op het tijdig herkennen en behandelen ervan? Deze oproep doet Beekman et al, in H&W (publicatiedatum 6 mei).

  • De puzzel leggen

    Een 70-jarige vrouw komt binnen, gaat zitten, presenteert haar klacht en na een paar zinnen denk je: ah ja… stop maar, ik weet het al!

  • Geslachtsverschillen in preventie hart- en vaatziekten

    Een cross-sectioneel onderzoek suggereert dat in de huisartsenpraktijk bij vrouwen vaker dan bij mannen een cardiovasculair risicoprofiel wordt opgesteld en er adequate bloeddrukcontrole is. Het lijkt echter dat vrouwen minder vaak dan mannen de streefwaarden halen met cholesterolverlagende medicatie.

  • Naleving adviezen uit NHG-Standaard Eczeem kan beter

    Er is een grote variatie in het naleven van de aanbevelingen uit de NHG-Standaard Eczeem, zo blijkt uit een onderzoek onder Rotterdamse huisartsen. De adviezen rondom correct corticosteroïdgebruik qua vingertopeenheden worden het minst nageleefd. Verschillende factoren spelen hierbij een rol.

  • Het nocebo-effect van gluten

    Recent onderzoek suggereert dat gastro-intestinale klachten bij volwassenen met zelfgerapporteerde glutensensitiviteit (zonder coeliakie) meer samenhangen met de verwachting gluten te eten, dan met daadwerkelijke gluteninname.

Wetenschap

  • Gedragsactivatie door de POH-ggz voor ouderen met depressieve klachten

    Depressieve klachten bij ouderen blijven vaak onopgemerkt en onbehandeld. Hoewel eerdere onderzoeken veelbelovende resultaten laten zien voor gedragsactivatie als onderdeel van collaborative care, is er nog geen onderzoek naar de effecten van gedragsactivatie als op zichzelf staande interventie voor depressieve ouderen in de huisartsenpraktijk. In dit onderzoek vonden we dat gedragsactivatie, uitgevoerd door de POH-ggz, leidde tot een snellere afname van depressieve klachten dan gebruikelijke zorg in de huisartsenpraktijk. Gedragsactivatie door de POH-ggz verlaagt de drempel tot effectieve psychologische zorg voor ouderen met depressieve klachten.

  • Vraagtekens rondom rol apothekers bij cystitisklachten

    In hun opinieartikel pleiten Lelie-van der Zande et al. voor het inzetten van apothekers bij vrouwen die eerder een cystitis hebben doorgemaakt en mogelijk een recidief hebben. In het kader van de alsmaar toenemende werkdruk in de huisartsenpraktijk kan het interessant zijn om na te denken over de rol van apothekers in het voorschrijfproces in het algemeen. Wat de diagnostiek en therapie van een recidief cystitis betreft zie ik echter diverse onzekerheden.

  • Samenwerken en leren van elkaar

    Onderzoeker Loes Meijer promoveerde op onderzoek naar intra- en interprofessioneel leren en samenwerken. Patiënten die zorg krijgen uit zowel de eerste als de tweede lijn, hebben zorgverleners nodig die samenwerken en hun gezamenlijke zorg coördineren, is haar stelling. Een belangrijke boodschap voor huisartsen en medisch specialisten die voornamelijk binnen hun eigen setting zijn opgeleid en weinig inzicht hebben in elkaars competenties en mogelijkheden.

  • Lidocaïne-/prilocaïnecrème bij spiraalplaatsing

    De plaatsing van een spiraal (IUD) kan gepaard gaan met pijn en ongemak, ondanks pijnverlichting met paracetamol of een NSAID. Sommige vrouwen kunnen behoefte hebben aan andere of aanvullende pijnstilling. Kunnen huisartsen andere vormen van pijnstilling aanbieden? Uit een netwerkmeta-analyse van verschillende vormen van pijnbestrijding blijkt cervicale applicatie van lidocaïne-/prilocaïnecrème met een wattenstok een veelbelovende optie te zijn.

  • Opioïden niet effectief bij acute lagerug- en nekpijn

    Opioïden worden vaak voorgeschreven voor acute lagerug- en nekpijn, maar gegevens over de effectiviteit waren tot voor kort niet beschikbaar. Recent onderzoek in Australië vergeleek opioïden met een placebo en ontdekte geen significant verschil in pijnreductie na 6 weken. Na 52 weken was er zelfs een lichte verbetering in de placebogroep. Vanwege het gebrek aan effect in vergelijking met een placebo, het verhoogde verslavingsrisico en mogelijke bijwerkingen moeten opioïden niet worden aanbevolen voor acute lagerug- en nekpijn.

  • Ethische overwegingen bij zienswijze KNMG over dementie en het levenseinde

    Euthanasie bij wilsonbekwame patiënten met gevorderde dementie staat ter discussie binnen de medische en juridische gemeenschap. Eén van de kernpunten in dit debat draait om de interpretatie van schriftelijke euthanasieverklaringen en de mate waarin het ‘vroegere zelf’ van de patiënt moet prevaleren boven het ‘huidige zelf’. De wettelijke zorgvuldigheidseisen en de KNMG-visie lopen uiteen. Van belang is om in een vroeg stadium van dementie met de patiënt in gesprek te gaan en te blijven.

  • Bekkenbodemspieroefeningen: helpen ze stressincontinentie na de bevalling te voorkomen?

    Veel vrouwen die voor het eerst zwanger zijn, ontwikkelen urine-incontinentie tijdens de zwangerschap of na de bevalling. We onderzochten met een literatuuronderzoek het effect van bekkenbodemspieroefeningen tijdens de zwangerschap op het ontstaan van urine-incontinentie na de bevalling bij vrouwen die vooraf continent waren. Uit een cochranereview uit 2020 blijkt dat gestructureerde bekkenbodemspieroefeningen tijdens de zwangerschap het risico op het ontstaan van urine-incontinentie na de bevalling op middellange termijn (3–6 maanden) kan verlagen.

Praktijk

  • Kwaadaardige ooglidtumoren

    Toets uw kennis.

  • Het belang van tijdige herkenning van bipolaire stemmingsstoornissen

    Wanneer patiënten zich presenteren bij de huisarts met klachten van depressieve aard, kan dit duiden op een (nog te ontwikkelen) bipolaire stoornis. Lastig om te herkennen, ook omdat de patiënt hypomanie vaak niet als problematisch ervaart. De patiënt actief bevragen over de voorgeschiedenis en familieachtergrond kan de prognose verbeteren.

  • Hittestress bij ouderen

    Weersextremen zullen ten gevolge van de opwarming van de aarde vaker voorkomen. Jaarlijks zijn er in Nederland enkele honderden sterfgevallen als gevolg van hittestress, vooral onder ouderen. In dit artikel beschrijven we wat de gevolgen zijn van hitte op de gezondheid bij ouderen. Hoe kunnen huisartsenpraktijken deze kwetsbare groep bereiken? Daarnaast laten we zien welke maatregelen je als huisarts kunt nemen, met als doel minder ziekte en overlijden.

  • Een kwaadaardige ooglidtumor herkennen

    De huisarts ziet geregeld patiënten met een zwelling van het ooglid: een ooglidtumor. Meestal betreft dit goedaardige aandoeningen. Het herkennen van een kwaadaardige ooglidtumor kan een uitdaging zijn omdat deze – zeker in een vroeg stadium – erg kan lijken op een inflammatoire aandoening zoals een chalazion of blefaritis. Vroegtijdige herkenning en doorverwijzing is echter belangrijk om vergevorderde schade aan het oog en de oogkas, metastasering en soms zelfs overlijden te voorkomen. In dit artikel zetten we, in aanvulling op de NHG-Standaard Verdachte huid­afwijkingen, uiteen hoe de huisarts dit onderscheid kan maken en wat aandachtspunten zijn.

  • Wanneer zorg over de grens reikt: de alarmcentrale

    Patiënten die in het buitenland een medisch probleem hebben, kunnen hun eigen huisarts om advies vragen. In het buitenland kan het regelen van de juiste zorg organisatorisch lastig of complex zijn, en buiten de invloedssfeer van de huisarts vallen. Een alarmcentrale kan daarbij uitkomst bieden: deze heeft specifieke kennis over de kwaliteit van zorg in verschillende landen, regio’s en soms specifieke zorg­instellingen. Ook kan ze helpen door medische informatie in de taal van het betreffende land te vergaren, medisch advies te geven en medische evacuaties en -repatriëringen te organiseren.

Richtlijn

  • Herziene multidisciplinaire richtlijn Overgewicht en obesitas

    De komst van medicatie als behandeling van obesitas en nieuwe inzichten in obesitas als multifactoriële chronische ziekte (WHO-definitie) waren enkele redenen om het onderdeel volwassenen van de multidisciplinaire richtlijn Overgewicht en obesitas te herzien. Het NHG werkte aan de richtlijn mee. De MDR biedt de huisarts up-to-date informatie, praktische handvatten en vormt de basis voor de herziening van de NHG-standaard Obesitas.

  • Herzieningen in NHG-richtlijnen Epicondylitis, Hand- en polsklachten en Waterpokken

    Recentelijk is de NHG-Standaard Epicondylitis herzien. Het behandeladvies is ongewijzigd: doorgaans volstaat adequate activiteitsreductie. Ook zijn 2 andere richtlijnen gedeeltelijk herzien. In de NHG-Standaard Hand- en polsklachten is het voorkeursmiddel voor corticosteroïdinjecties gewijzigd naar triamcinolonacetonide. In de NHG-Behandelrichtlijn Waterpokken is de termijn voor toediening van varicella-zosterimmuunglobulinen aan personen die in contact zijn geweest met iemand met waterpokken verlengd van 4 naar 10 dagen.

  • NHG-Standpunt Zelfmetingen bij telemonitoring

    Huisartsen en praktijkondersteuners zetten in ­toenemende mate zelfmetingen in bij patiënten met een chronische aandoening. Het nieuwe NHG-Standpunt Zelfmetingen bij telemonitoring helpt bij het verantwoord inzetten van deze zelfmetingen. Het schetst de randvoorwaarden die hiervoor nodig zijn, zoals voldoende kennis en vaardigheden bij zowel de patiënt als de zorgverlener. Andere randvoorwaarden zijn: betrouwbare apparatuur en duidelijke afspraken met de patiënt die zijn vastgelegd in het dossier.

NHG Forum

  • ‘We mogen ons bewust zijn van onze betekenis in het gehele zorgstelsel’

    Raymond Wetzels is sinds 1 februari 2024 de nieuwe bestuursvoorzitter van het NHG. De vacature omschreef hém, zoals hij zelf zegt. In zijn opleidingstijd promoveerde hij als aioto. Daarna richtte hij zich een aantal jaren hoofdzakelijk op het huisartsenvak en na verloop van tijd heeft hij zich ook bestuurlijk actief geroerd in huisartsenland. De optelsom van onderzoek, praktijkvoering en het bestuurlijke aspect daarvan zitten in hem verenigd. Daarom was dit het moment om vanuit de beroepsgroep een stap naar voren doen en te kijken hoe hij het NHG en daarmee de huisartsenzorg verder kan brengen.

  • NHG-Congres 2024: divers, inspirerend en herkenbaar

    Hoe krijg je bijna 1300 huisartsen zover om af te reizen naar Den Bosch en zich onder te dompelen in een bad van kennis, diversiteit, herkenbaarheid, inspiratie en gezelligheid? Door een NHG-Congres te organiseren over het huisartsenvak in de volle breedte, onderverdeeld in de 4 pijlers doelmatigheid, doen, doorleren en duurzaamheid. Vier deelnemers blikken terug op vrijdag 15 maart 2024.